Joël 2:12-17
…. maar je hart. Op tal van plaatsen verwerpt de Bijbel uiterlijk vertoon, zeker als het om religieuze zaken gaat. Joël kan zich best voorstellen dat het volk diep onder de indruk is van een verwoeste oogst door de sprinkhanenplaag maar uiterlijke rouw en inkeer zijn niet het antwoord, dat antwoord moet van binnen komen. Later, veel later, zal ook Jezus van Nazareth zich afzetten tegen dat uiterlijk vertoon. Tegen mensen die door hem zijn genezen zegt hij herhaaldelijk en nadrukkelijk dat zij hun mond moeten houden over wat er gebeurd is. En als hij wil bidden trekt hij zich terug aan de oever van een meer of in de bergen. Altijd alleen. Aan zijn vrienden, en dus aan ons, geeft hij de raad om bij het bidden in onze binnenste binnenkamer te gaan en daar te bidden. De laatste weken is er een Zuid-Hollandse gebedsgenezer nog al in de belangstelling die veel volk trekt en beweert het middel te zijn waardoor Jezus van Nazareth wonderbare genezingen verricht. Nog afgezien van de vraag of het altijd wel genezingen zijn, staat in elk geval vast dat de massaliteit en de show volstrekt in tegenstelling zijn met wat Jezus van Nazareth deed en vraagt van zijn volgelingen maar wat ook al eerder in het verhaal van het volk Israel aan de orde was. Joël kiest een hele andere weg. Hij roept op om het volk te verzamelen rond de Tempel in Jeruzalem. Niet om daar met elkaar een beetje vroom te gaan doen maar om samen terug te keren naar de oorspronkelijke bedoeling van die Tempel. Daar werd de Wet van de Woestijn bewaard, de Wet die zegt dat je je naaste moet liefhebben als je zelf. Daar bij de Tempel moesten ook de maaltijden worden bereid met armen, famillie, tempeldienaren en vreemdelingen. En als je op die manier samen deelt dat wat er ondanks de ramp nog over is dan kom je met elkaar die ramp ook weer te boven. Maar het kan alleen als de Liefde onvoorwaardelijk bezit neemt van iedereen in het volk. Zo weten wij dat ziekte en handicaps kunnen worden overwonnen, zo weten wij dat de honger en armoede in Afrika en de arme landen van de wereld kunnen worden bestreden. Zodra eigen belang en eigen winst in het handelen sluipen is de zaak verloren, alleen onvoorwaardelijke bereidheid tot echt delen en het betrachten van recht en gerechtigheid in handelsverhoudingen kan iets opleveren. Dan hoef je je niet meer af te vragen waar die God eigenlijk is.