Ester 9:11-19?
Je moet niet denken dat als je je een dagje tegen je vijanden hebt mogen verzetten je rustig bij de pakken neer kunt gaan zitten. Ja in de provincie, waar die rare wetten niet vandaan komen, maar in de hoofdstad lopen altijd meer intriganten rond dan je verwacht. Daarom vraagt Ester om haar volk in de hoofdstad nog een dagje extra te geven. En terwijl de rest van het volk feest kan vieren ruimen de Joden in de hoofdstad de laatste haarden van haat uit. En reken maar dat ook die de dag er op zijn gaan feestvieren. Zo komen we tot drie dagen carnaval. Moeten wij hiervan leren? Natuurlijk. Op 7 maart zijn er verkiezingen voor de Provinciale Staten. Nu mogen we best denken dat die Staten niet zoveel voorstellen. Abstracte beleidsplannen over ruimtelijke ontwikkeling en een toezicht op de waterschappen roepen in het algemeen geen diepgaande politieke tegenstellingen op. In de provincie zal het snel gaan om de vraag of je nu van de hond of van de kat gebeten wordt. Maar dan vergeet je toch de werkelijkheid van onze parlementaire hoofdstad. Onze provinciale politici kiezen immers ook de leden van de Eerste Kamer. En in ons land is er geen wet die wet wordt zonder instemming van de Eerste Kamer. De nieuwe regering der mannenbroeders is dus in haar betutelingsstreven af te remmen door goed na te denken bij het uitbrengen van een stem op 7 maart. Je kunt al vast feestvieren en denken dat het beleid in elk geval voor een kleine groep vreemdelingen beter wordt, dat de oude wijken sneller verbeterd gaan worden, dat de chronisch zieken en gehandicapten er ook in de WIA en de gezondheidszorg beter mee af zijn, maar er zijn nog een paar van die zaken die aandacht verdienen. De vraag blijft natuurlijk nog hoe het zal gaan met een zorgvuldige behandeling van echte vluchtelingen, die is er nog niet. De vraag blijft ook bestaan hoe omgegaan zal worden met alleengaande moeders, blijven die verplicht om te werken of krijgen die een volwaardig bestaan als opvoedsters in onze samenleving. Krijgen we straks normen en waarden opgelegd die de vrijheid beperken waar Paulus het over gehad heeft? Krijgt de vrijheid van godsdienst voorrang op de vrijheid van meningsuiting zodat je aanhangers van de godsdienst van het atheïsme niet meer kunt aanspreken op hun goddeloosheid? Wees waakzaam en doe er nog een dag langer over. Dat kon wel eens nodig zijn.