2 Samuel 13:1-22
Vandaag lezen we een uiterst smerig verhaal uit de Bijbel. In de Bijbel staan een aantal van die smerige verhalen. Die staan er niet omdat we nu eenmaal graag smerige verhalen lezen, maar omdat mensen nu eenmaal afschuwelijke dingen met elkaar kunnen doen. Wie het verhaal oppervlakkig leest maakt kennis met het verhaal over een verkrachtig dat gemakkelijk op twee manieren kan worden uitgelegd. Tamar vraagt immers aan haar halfbroer of die haar niet eerst bij hun gemeenschappelijke vader ten huwelijk wil vragen. Ze heeft tegen de gemeenschap dus kennelijk als zodanig geen bezwaar. Maakt dat de daad van Amnon minder verwerpelijk, minder misdadig? Is het enige dat hij verkeerd doet haar het huis uit laten zetten? Is de schande van haar ontmaagding de enige schande die haar is kunnen overkomen? Dat zijn de vragen die de Bijbelschrijvers schijnbaar openlaten. Dat David het laat bij kwaad worden maakt het nog erger.
Want de Bijbel heeft nog een paar andere uitgangspunten die een heel ander licht op dit verhaal kunnen werpen.
In de richtlijnen voor de menswaardige samenleving die in de Ark werd bewaard staat de bepaling dat je niet mag begeren de vrouw die van je naaste is. Daar wordt een vrouw nog beschreven als bezit, als een voorwerp dat dient om je lusten te bevredigen. Zo behandeld Amnon Tamar ook, ze is een voorwerp waar hij gek op is en als zijn lusten bevredigd zijn dan is dat voorwerp niet meer nodig. Maar Tamar is geen voorwerp. Tamar is een mens met een zwakke maatschappelijke positie. In de wetgeving van de Hebreeuwse Bijbel komen allerlei bepalingen voor die vrouwen bij uitstek beschermen, de weduwen zijn daarvan het meest bekend geworden. Maar ook ongetrouwde vrouwen zijn mensen waar je met je vingers af moet blijven. Ze zijn mensen met eigen rechten die bescherming nodig hebben tegen een begerige samenleving. Die bescherming biedt het huwelijk. Dat huwelijk geeft de vrouw een eigen maatschappelijke positie, lees het laatste hoofdstuk van het boek Spreuken nog maar eens, maar het huwelijk beschermt haar ook als ze weduwe wordt.
Dan is er ook nog de maagdelijkheid van Tamar. Die mag ze van haar samenleving alleen in een huwelijk verliezen. Daarom vraagt ze de begerige Amnon ook om haar dan maar te trouwen als hij zo begerig naar haar is. Maar het is niet de maagdelijkheid die bepalend is, maar de liefde. Een vrouw gaat over haar eigen maagdelijkheid en wordt er niet meer of minder van als ze die op enige moment in haar leven verliest, gewild of ongewild. Het smerige verhaal dat we vandaag lezen is dus ook smerig omdat de maatschappelijk druk Tamar veroordeelt tot een maatschappelijke dood, ze blijft haar hele leven bij haar broer Absalom. Zij wordt als eerste gestraft voor de misdaad van een ander. Bijna zou je zeggen dat Tamar wordt gekruisigd en vastgepind in het huis van haar broer. Onschuldiger gestrafd kun je bijna niet zijn. Haar smeekbede aan Amnon om haar eerst te trouwen wordt er begrijpelijker door, maar niet minder smerig. Hoe kun je als samenleving een medemens tot zoiets dwingen. Dit verhaal schreeuwt ons toe dat we nooit nergens op geen enkele manier zo met elkaar om mogen gaan. Die schreeuw moeten we ook vandaag nog voor duizenden, tienduizenden, meisjes ,vrouwen maar ook jongens herhalen. Ook in onze samenleving zijn er te veel slachtoffers van lustbevrediging zonder liefde. Het antwoord van de Bijbel is dat alleen liefde leven brengt. Wij mogen de schreeuw van Tamar elke dag opnieuw herhalen, ook vandaag weer.