Galaten 5:1-6
Je kunt wat doen voor je eigen zieleheil. Mediteren, bidden, bijbellezen, niet vloeken, alleen heteroseksueel leven en tal van andere regels en voorschriften volgen. Kerken en voorgangers zijn er goed in om, door de eeuwen heen, telkens weer nieuwe regels en voorschriften te verzinnen. Hele kerkelijke wetboeken zijn er verschenen en week in week uit komen er groepen mensen bij elkaar om onder het motto van Bijbelstudie de Bijbel af te speuren naar nieuwe regels waar zij zich wel aan moeten houden en alle andere mensen geen weet van hebben. Paulus veroordeelt deze praktijken. Alleen het vertrouwen dat de armen bevrijdt zullen worden en als de liefde voor de naaste even groot is als de liefde voor jezelf tellen. Als er al regels zijn en als die al door gelovigen worden overtreden dan mogen die gelovigen telkens weer opnieuw beginnen met de Weg van Jezus van Nazareth. Dat noemt Paulus genade. Al dat geworstel om aan regels, voorschriften en methoden te voldoen houdt je maar af van die genade. Alsof het goed voldoen aan die regels je de kans geeft om weer op de weg van de Liefde te komen. We zien dat in onze samenleving zo vaak gebeuren. Als kinderen de wet overtreden moeten ze opgesloten worden. Het klinkt zo logisch, ongestraft kun je de verkeerde dingen immers niet laten passeren. Maar als je naar opgroeiende kinderen en jongeren kijkt vanuit de Liefde zoals Jezus van Nazareth ons die geleerd heeft dan weten we dat het er om gaat om gevangenen te bevrijden. Dan hebben we dus geleerd dat het gaat om die kinderen en jongeren weer een goede plaats in onze samenleving te geven. Dat verschaft ons niet het eenvoudige recept van opsluiten maar dwingt ons om een paar mijl verder te gaan en plannen te maken om elk van die kinderen en elk van die opgroeiende jongeren om te doen keren van de weg van het kwade en weer op een goede plek in onze samenleving mee te laten doen. Volgens Paulus is het kennelijk onbelangrijk of je het kwade van die kinderen nu wel of niet tegenkomt maar is het belangrijk dat je met Liefde die kinderen weet te bereiken en hen weer tot het goede weet te brengen. Daarbij weten we dat die kinderen en die jongeren niet over één kam geschoren mogen worden, niet dat ene etiket van crimineeltje opgeplakt mogen worden, maar elk voor zich een weg geboden moeten krijgen naar rechtvaardigheid. Elk kind en elke jongere, ongeacht afkomst, herkomst of wie de vader en moeder zijn, dient recht gedaan te worden. Die Liefde alleen maakt dat we op grond van ons geloof als rechtvaardigen worden aangenomen.