Jesaja 53:7-12
“Als een schaap dat naar de slacht wordt geleid, als een ooi die stil is bij haar scheerders”. Zo begint het bijbelgedeelte uit het gemeenschappelijk leesrooster voor vandaag in de Nieuwe Bijbelvertaling. Vroeger werd hier met lam vertaald en de Naardense Bijbel die gelijk met de Nieuwe Bijbelvertaling verscheen doet dat nog steeds. In middeleeuwse schilderijen is dat Lam vaak afgebeeld, op een altaar of er voor en al of niet met een kruis op de schouder. Ook in de kerkmuziek klinkt het Lam Gods, het Agnus Dei, en bij voorkeur dan als het brood tijdens het Avondmaal wordt gebroken. Ook hier dus weer een interpretatie van het boek van de profeet Jesaja in de richting van het lijden en sterven van Jezus van Nazareth. En de plaatsing van deze lezing zo vlak voor de Goede Week en het Paasfeest maakt de verleiding nog sterker in deze richting te denken. Maar dit Bijbelboek werd ver voor het leven en sterven van Jezus van Nazareth geschreven. In de tijd waarin dit Bijbelboek tot stand kwam was er sprake van ballingschap, het volk was uit het land weggevoerd en werd ver van Jeruzalem gevangen gehouden. We moeten daarom misschien eerder aan het boek Job denken als we lezen over de rechtvaardige dienaar die moest lijden. Job nam het op voor mensen die de weg van de Liefde wilden volgen maar zelf met het lijden werden geconfronteerd. Job weigerde te geloven dat God hem met lijden strafte omdat hij verkeerd zou hebben gedaan. Job bleef geloven in de weg van de Liefde, nergens verloochende hij God, nergens nam hij afstand van het delen van alles wat hij had zoals hij altijd had gedaan. De zin van al zijn rijkdom was uiteindelijk gelegen in het vermogen daar mensen mee te helpen. Dat hij desondanks bespot en geslagen werd, ziek en vernederd, zittend op zijn mesthoop zich krabbend met een scherf moest hij dan maar op de koop toe nemen. Recht verschaffen is hier bij Jesaja de wandaden van mensen serieus nemen en zorgen dat die mensen de kans krijgen het niet weer te doen, maar het goede te gaan doen. Jesaja onderstreept voor ons dat het daarbij niet gaat om er zelf beter van te worden, maar alles wat er uit komt voor lief te nemen. Dan pas deel je met machtigen in de buit. En Delen wordt hier eigenlijk met hoofdletters geschreven. Pas als Samen Delen voorop staat kan er samen geleefd en samen gewerkt worden. Iedereen die dezer dagen een minister tegenkomt moet daar maar op wijzen.
?