Prediker 9:11-18
11 Ik heb onder de zon opnieuw gezien dat niet altijd een snelle hardloper de wedloop wint, een sterke held de oorlog, dat hij die wijs is niet altijd zijn brood heeft, en hij die inzicht heeft de rijkdom, hij die bekwaam is het respect. Zij allen zijn afhankelijk van tijd en toeval. 12 Nooit weet de mens wanneer zijn tijd gekomen is: zoals de vissen verraderlijk worden gevangen door de fuik en de vogels door de val, zo wordt de mens verrast door de verraderlijke tijd, wanneer die als een klapnet op hem valt. 13 Ik heb onder de zon iets gezien dat voor wijsheid doorging. Het was verbijsterend. 14 Er was een kleine stad met weinig inwoners. Een machtig koning trok tegen het stadje op, omsingelde het en bouwde grote belegeringswerken. 15 Er woonde daar een man van lage afkomst, die wijs was en met zijn wijsheid de stad had kunnen redden. Maar niemand schonk aandacht aan die onbeduidende persoon. 16 Ik zei daarom tegen mezelf: Wijsheid is beter dan macht, maar de wijsheid van een mens van lage afkomst wordt geminacht en zijn woorden vinden geen gehoor. 17 Het is beter dat je luistert naar de kalme woorden van de wijzen dan naar het geschreeuw van een heerser onder dwazen. 18 Wijsheid is beter dan het wapengekletter van zo’n dwaas; hij alleen richt al veel goeds te gronde. (NBV)
In de tijd van de grote strijd voor vrouwenemancipatie werd vaak opgemerkt dat, doordat veel vrouwen thuis bleven zitten, de maatschappij verstoken bleef van heel veel talent. Ook in de strijd tegen de discriminatie van zwarten in Amerika hoorde je dat de samenleving verstoken bleef van het talent van zeer knappe mensen. Nu vrouwen mee mogen doen en zwarten veel minder worden gediscrimineerd zie je ineens ook slimme en intelligente mensen boven komen drijven. Dat gaat nog maar langzaam maar het gebeurd wel. De Nobelprijswinnaar die suggereerde dat zwarte mensen genetisch minder slim zijn dan blanke mensen moet dan ook wel ongelijk hebben als je kijkt naar de gekleurde medemensen die ineens wijzen blijken te zijn. Hij moest zijn excuses dan ook aanbieden omdat zijn opmerkingen wel heel erg onwetenschappelijk bleken te zijn.
Ook Prediker waarschuwt de samenleving voor het verlies aan wijsheid dat we lijden als niet iedereen op gelijke voet mag meedoen. In onze samenleving hebben we een zogenaamde representatieve democratie. Een maal in de vier jaar mogen we afgevaardigden kiezen die ons dan vier jaar lang vertegenwoordigen. Een veel betere vorm van democratie is er nog niet gevonden. Maar als die volksvertegenwoordigers gaan denken dat ze zelf het volk zijn en niet meer gecontroleerd worden door de mensen die ze gekozen hebben, niet meer in gesprek blijven met die mensen, dan lopen ze kans de wijze over het hoofd te zien die de problemen had kunnen oplossen. De kunst van het houden van een goede samenleving is nu juist te zorgen dat iedereen er bij betrokken blijft. Vroeger gebeurde dat in politieke partijen. Daar zijn nu zo weinig mensen lid van dat de gedachte opkomt om er maar losse en vrijblijvende bewegingen van te maken. Dat versterkt de gedachte dat de discussie op Televisie bepalend is voor de vraag wie ons vertegenwoordigd.
Het verzwakt echter de gedachte dat iedereen mee moet kunnen praten en dat juist onder de armen ook de wijze zou kunnen schuilen die de oplossing voorhanden heeft voor de grote maatschappelijke problemen. Misschien zouden de massamedia wat meer aandacht moeten besteden aan de waarde van de politieke partijen met hun afdelingsvergaderingen, met de vele ideeën die daar worden vertaald in eindeloze moties en lange congressen die schijnbaar over kleine problemen gaan en waar vaak stamelend en haperend de goede oplossingen worden bepleit. Voor Televisie en kranten zijn de goedgeformuleerde slagzinnen natuurlijk veel aantrekkelijker, kort door de bocht, aanstootgevend en helder. Maar brengt ons dat de oplossingen waar we echt op zitten te wachten? In onze dagen zien we dat we daardoor gemakkelijker tegen elkaar worden opgezet. En dat is het soort oorlog waarvoor de Prediker ook waarschuwt.