Lucas 8:9-15
Het is niet altijd eenvoudig te snappen wat nu het Koninkrijk van God is. We worden dezer dagen overstelpt met nieuws over de Europeese Unie. Daar snappen we wat van. Daar gaat het over de vraag wie de macht heeft. Hebben de Polen wat meer macht, of de grote landen zoals Engeland en Frankrijk, of de parlementen zodat ook de Partij voor de Vrijheid zonder democratie er over mee kan praten, of het Europeese Parlement of de ambtenaren. Het zijn de vragen die in elke staat, elke natie en elke samenleving worden gesteld. Maar het zijn de vragen die in het Koninkrijk van God, waar Jezus van Nazareth ons voor oproept, totaal niet aan de orde zijn. Daar gaat het om wat je doet, wat je te betekenen hebt voor de armen, de zwakken en de zieken, de hongerigen, de naakten en de gevangenen, de kinderen met hiv, de ouders met aids. Groot in het Koninkrijk van God is wie groot is voor de kinderen van God, niet wie macht heeft en wetten kan uitvaardigen of oorlogen kan voeren. Daarover gaat het in Europa. Natuurlijk zijn er mensen die best mee willen doen met dat Koninkrijk van God. Die gegrepen worden door een TV uitzending van Ivo Niehe over kinderen met hiv, die dan een bedrag over maken, allemaal goed. Maar dan is dat bedrag overgemaakt dan vergeten ze het weer. Dan vergeten ze dat de armoede steeds weer kinderen in Afrika in gevaar brengt, dat de manier waarop medicijnen gemaakt worden en wie er aan verdient steeds weer geld nodig maakt om zieke kinderen midicijnen te geven, dat oneerlijke handelsverhoudingen de armoede in stand houdt en dat we dus de handelsverhoudingen eerder moeten veranderen dan geld moeten geven. Ook daar gaat Europa eigenlijk over, want in Europa worden de handelsmuren opgebouwd, daar wordt de oneerlijke concurentie in stand gehouden. Het medelijden door Ivo Niehe opgewekt verdwijnt weer als zaad door vogels van de weg gepikt. En ook als we vaker geven, misschien een automatische machtiging afgeven, dan komt de zomervakantie en de wintermode en dan verstikken onze goede voornemens als graan dat opgroeit tussen distels en dorens. Alleen wie dag in dag uit zonder ophouden jaren achtereen blijft vragen om een anders ingerichte wereld, anders globalist wil zijn, waar recht en rechtvaardigheid heerst en oneerlijke handelsverhoudingen zijn uitgebannen, heeft iets geproefd van het Koninkrijk van God waar die Jezus van Nazareth zo meeslepend over kon vertellen. Die vraagt ook om een ander Europa, een Europa waar ook Afrika en de armen van de wereld bij mogen horen.