Hier is water, voor ieder die dorst heeft.

Jesaja 55:1-13

Als een marktkoopman spreekt de profeet de juist teruggekeerde ballingen toe. En als ze naar de Tempel zijn gegaan zijn ze op het goede adres. Door de woestijn hebben ze de reis gemaakt van het ballingsoord naar Jeruzalem waar ze de Tempel weer op moeten bouwen en de stad opnieuw van muren moeten voorzien. En in de Tempel, zelfs in de ruïne die is overgebleven, geldt de Wet die het volk ooit bij de verlossing uit de slavernij in de Woestijn heeft ontvangen. Daar houdt men een maaltijd met de familie, de dienaren van de Tempel, de armen en de vreemdelingen die voor je werken. Daar is dus water en brood te krijgen voor niks, daar is een feest gaande van samen delen. Natuurlijk kan er ook in religieuze zaken worden gehandeld. Natuurlijk zal een plotselingen stijging van de vraag de prijs kunnen laten stijgen. We kennen dat bij evenementen en een zomerse toestroom van extra gasten, dan gaan de prijzen van voedsel en drank omhoog. Ook de terugkeer van ballingen zal het in zich gehad hebben de voedselprijzen te laten stijgen. Maar juist die rare bijzondere godsdienst rond de Tempel in Jeruzalem maakt dat daar niet het maken van winst voorop staat maar het zorgen voor elkaar. Al dat maken van winst en profijt dat voedt niet. Het begin van het gedeelte dat we vandaag lezen wordt nog wel eens geestelijk opgevat, alsof het niet om water en brood zou gaan maar om mooie woorden en fraaie preken. Maar bij een nieuw begin van een samenleving is samen delen de eerste voorwaarde. Daar is dat nieuwe eeuwig durende verbond voor nodig. Die samenleving wordt geregereerd zoals David regeerde, in vrede en met gerechtigheid. Zo moet de hele wereld geregereerd worden. Daar komen zelfs vreemde volken op af. Zo mag je iedereen oproepen mee te gaan doen met de samenleving van de God van Israël. De goddeloze en de onrechtvaardige moeten er toe gebracht worden af te zien van hun goddeloosheid en hun snode plannen. Doen ze mee? Dan zijn ze welkom. De Weg van de God van Israël is niet de gewone weg. Dat is een weg van geweld en van winst en profijt. Maar wie de mensen in Egypte een nieuwe samenleving ziet opbouwen midden op een plein omringd door geweld hoort van het voedsel dat om niet met elkaar wordt gedeeld, hoort van moeders die medicijnen gaan brengen aan mannen, dochters en zonen op het plein die gewond raken door het geweld. Dat Woord van de profeet is dus niet een geestelijk gebeuren, dat gebeurt concreet in de geschiedenis, in ons leven. Daarom mag je er op vertrouwen met heel je leven. Het zijn geen loze woorden, het gaat niet om de winst van een ander, het gaat om jouw eten en drinken, en dat van de armsten en de minsten onder ons. Als we bereid zijn daar mee te delen zoals Egyptenaren met elkaar op het vrijheidsplein delen ook in de donkerste uren van hun bevrijding, dan breekt ook voor ons een andere wereld aan. Dan hoeven we niet meer bang te zijn voor mensen die anders geloven en anders praten, dan pas leven wij bevrijd van angst. Het mooiste is dat we er elke dag weer opnieuw aan mogen werken, ook vandaag.

Plaats een reactie