Een striem voor een striem

Exodus 21:12-25

Van wie een brood steelt kan de hand worden afgehakt. Het was in onze streken ooit een gebruikelijke rechtspleging. Ook nu nog is het in sommige landen gebruikelijk dit soort straffen uit te delen, ook voor lichtere vergrijpen. De Bijbel heeft het in het gedeelte dat we vandaag lezen over straffen bij misdrijven tegen mensen. Toen Noach uit zijn ark kwam en God zich voornam de mens niet meer te verdelgen omdat de mens nu eenmaal ook slecht kon denken beloofde God dat mensen die het bloed van mensen zouden vergieten dat zouden moeten betalen met hun eigen bloed. Maar vandaag leren we dat een mens nooit zwaarder gestraft hoeft te worden dan met het leed dat hij heeft aangedaan. De uitwerking van de regel dat je een ander nooit meer aandoet dan wat jij wilt dat jou wordt aangedaan zie je in dit gedeelte. Dat je relschoppers in hun knieƫn zou moeten schieten, zoals onlangs is voorgesteld, staat dus loodrecht tegenover de voor ons al strenge regels die hier voor straffen worden gegeven. De Bijbel kent nog de doodstraf, maar kent als grote uitzondering in de toenmalige wereld ook de uitzonderingen voor de doodstraf. Dat mag ons blijvend aan het denken zetten over de doodstraf en moet ons uiteindelijk brengen tot een definitieve afschaffing. Want zodra de opzet niet is bewezen dan gaat de dader al vrijuit, al is het in Bijbelse termen zo dat de dader in zogenaamde vrijsteden mag gaan wonen. En wie oordeelt over het innerlijk van een mens, wat is opzet en wat niet? Maar als je boos opzet, dus niet gewoon opzet, kunt bewijzen dan mag je iemand zelfs bij het altaar weghalen waar hij asiel heeft gezocht om hem alsnog te doden. Dat geld ook voor het mishandelen van je vader en moeder. Dat is in de Bijbel een zeer zware misdaad, veel zwaarder dan bij ons. Maar ook daar zal opzet bewezen moeten worden en vaders en moeders kunnen soms iemand zo het bloed onder de nagels vandaan halen dat ongelukken niet uit kunnen blijven. Er is een uitdrukking in dit stuk dat gemakkelijk tot misverstanden kan leiden, dat is de straf van geef een leven voor een leven als iemand per ongeluk een zwangere vrouw zo raakt dat ze een miskraam krijgt. In het algemeen wordt aangenomen dat het hier niet gaat om de doodstraf, er was immers geen opzet in het spel, maar dat de boete die wordt opgelegd heel erg hoog kan oplopen en de dader tot armoede kan brengen. Je moet maar voorzichtig zijn en extra voorzichtig als het om zwangere vrouwen gaat. Daar is in al die eeuwen die zijn voorbijgegaan sinds deze regels werden opgeschreven nog helemaal niks in veranderd. De andere straffen zijn eigenlijk vermaningen om geen straf op te leggen die zwaarder leed toevoegt dan het leed dat is veroorzaakt. We streven daar in onze rechtspraak ook naar. Daarvoor hebben we onafhankelijke rechters die dat proberen af te wegen. Om te laten merken dat bij die afweging ook het leed van de slachtoffers meegewogen wordt mogen slachtoffers tegenwoordig zelf in de rechtzaal vertellen hoe zwaar het misdrijf hen heeft getroffen. Maar ook dan blijft bij het straffen de regel dat duidelijk moet zijn dat het ook de opzet van de dader was om iemand zoveel leed toe te brengen. Rechtvaardigheid is wat de Bijbel wil brengen, uiteindelijk moet ook een gestrafte na zijn straf weer een plaats in de gemeenschap kunnen krijgen, en daar mogen wij bij uitstek vandaag weer aan werken.

Plaats een reactie