Wanneer de doden opstaan.

1 Korintiërs 15:35-49

35 Nu zou iemand kunnen vragen: ‘Maar hoe worden de doden opgewekt? Met wat voor lichaam komen ze tot leven?’ 36 Dwaas die u bent! Als u iets zaait, moet dat eerst sterven voordat het tot leven kan komen. 37 En wat u zaait heeft nog niet de vorm die het later krijgt; het is nog maar een naakte korrel, een graankorrel misschien of iets anders. 38 God geeft daaraan de vorm die Hij heeft vastgesteld, en Hij geeft elke zaadkorrel zijn eigen vorm. 39 Elk aards lichaam is anders; het lichaam van een mens is enig in zijn soort, dat van een dier eveneens, dat van een vogel ook, en ook dat van een vis. 40 Er zijn lichamen aan de hemel en lichamen op aarde, maar de schittering van een hemellichaam is anders dan die van een aards lichaam. 41 De zon heeft een andere schittering dan de maan, de maan weer een andere dan de sterren, en de sterren onderling verschillen ook in schittering. 42 Zo zal het ook zijn wanneer de doden opstaan. Wat in vergankelijke vorm wordt gezaaid, wordt in onvergankelijke vorm opgewekt, 43 wat onaanzienlijk en zwak is wanneer het wordt gezaaid, wordt met schittering en kracht opgewekt. 44 Er wordt een aards lichaam gezaaid, maar een geestelijk lichaam opgewekt. Wanneer er een aards lichaam is, is er ook een geestelijk lichaam. 45 Zo staat er ook geschreven: ‘De eerste mens, Adam, werd een levend, aards wezen.’ Maar de laatste Adam werd een levendmakende geest. 46 Niet het geestelijke is er als eerste, maar het aardse; pas daarna komt het geestelijke. 47 De eerste mens kwam voort uit het stof, uit de aarde, de tweede mens is hemels. 48 Ieder aards mens is als de eerste mens, ieder hemels mens is als de tweede. 49 Zoals we nu de gestalte van de mens uit het stof hebben, zo zullen we straks de gestalte van de hemelse mens hebben. (NBV21)

Er zijn mensen, dieren en dingen. Er zijn lichamen op aarde en er zijn hemellichamen. Ondanks alle wetenschap die we tegenwoordig hebben is het spraakgebruik nog niet veel anders. De schitterende sterren aan een heldere hemel in een donkere nacht spreken nog steeds tot de verbeelding. Wat nu die opstanding uit de doden betreft leren we dat ook Paulus eigenlijk geen idee heeft wat er uiteindelijk gaat gebeuren. De adem van de mens die door God werd gegeven gaat uiteindelijk terug naar God. Het goede in de geest van de mens blijft en inspireert, begeestert zeggen we wel, mensen die het goede willen doen. En daar blijft het bij. Dat is het dan. En als het niet om jezelf gaat dan is dat eigenlijk helemaal niet erg.

Er zijn predikers die mensen proberen te overtuigen door te wijzen op een eeuwig leven. Dat zou je moeten krijgen. Maar na al die eeuwen zien we weinig eeuwig leven om ons heen. In elk geval te weinig om je te motiveren het met het verhaal van Jezus van Nazareth te wagen, mee te gaan in het verhaal van Israël. Wat je wel om je heen ziet is de onrechtvaardigheid. Wat je kan zien zijn de armen in de wereld, de naakten, de hongerigen, de lammen, de blinden, de weduwen en de wezen die in de steek gelaten worden. En als je als mens nog een klein beetje gevoel voor een ander over hebt dan wil je daar iets mee doen. Dat kan motivatie geven om mee te gaan in het verhaal van Jezus van Nazareth die zijn volgelingen de opdracht gaf de armen bevrijding aan te zeggen. Dat zou moeten lukken als we onze naaste liefhebben als onszelf, als we zelfs onze vijanden lief weten te hebben.

Wie er over nadenkt beseft dat, hoe het dan ook zit met opstanding uit de doden, hoe het ook zit met een God van wie je geen beeld kunt maken, de wereld er een stuk beter uit zou zien als we elkaar lief zouden hebben. Als mensen inderdaad bereid zou zijn om met elkaar te delen. Als recht en rechtvaardigheid de verdeling van goederen, voedsel en welvaart zouden bepalen in plaats van de wetten van winst en profijt en het recht van de sterkste. De mensen die nu ten dode zijn opgeschreven in honger, ziekte en oorlog zouden dan een deel van leven hebben. Er zou een geest over de aarde waaien van goedheid en niet een damp van wantrouwen. Misschien dat we met Paulus geen idee hebben van wat er uiteindelijk zou kunnen gebeuren, maar we hebben wel een idee waar we zouden kunnen beginnen. Een samenleving vormen waar Liefde regeert, elke dag mag je daar opnieuw mee beginnen, ook vandaag weer.

Plaats een reactie