Wees op je hoede

Matteüs 16:1-12 1 De farizeeën en de sadduceeën kwamen Hem op de proef stellen met de vraag hun een teken uit de hemel te tonen. 2 Hij gaf hun daarop dit antwoord: ‘Wanneer de avond valt, zegt u: “Morgen mooi weer, want de hemel kleurt rood.” 3 En ’s ochtends: “Storm op til, want het … Lees meer

Ze hebben niets te eten.

Matteüs 15:29-39 29 Jezus trok weer verder. Bij het Meer van Galilea ging Hij de berg op; daar ging Hij zitten. 30 Er kwamen grote mensenmassa’s op Hem af. Ze brachten verlamden, blinden, kreupelen, doofstommen en vele anderen mee, die aan zijn voeten werden gelegd, en Hij genas hen allen. 31 De mensen zagen vol … Lees meer

Medelijden

Matteüs 15:21-28 21 En weer vertrok Jezus; Hij week uit naar het gebied van Tyrus en Sidon. 22 Plotseling klonk het geroep van een Kanaänitische vrouw die uit die streek afkomstig was: ‘Heb medelijden met mij, Heer, Zoon van David! Mijn dochter wordt vreselijk gekweld door een demon.’ 23 Maar Hij reageerde niet. Zijn leerlingen … Lees meer

Kom tot inzicht.

Mattëus 15:1-20 1 Toen kwamen er vanuit Jeruzalem farizeeën en schriftgeleerden naar Jezus. Ze vroegen Hem: 2 ‘Waarom overtreden uw leerlingen de tradities van onze voorouders? Ze wassen hun handen niet voor ze hun brood eten.’ 3 Hij antwoordde hun: ‘En waarom overtreedt u het gebod van God omwille van uw eigen traditie? 4 Want … Lees meer

Omwille van de aartsvaders

Romeinen 11:25-36 25 Er is, broeders en zusters, een goddelijk geheim dat ik u niet wil onthouden, omdat ik wil voorkomen dat u op uw eigen inzicht afgaat. Een deel van Israël is onbuigzaam geworden, en dat blijft zo totdat de andere volken voltallig zijn toegetreden. 26 Dan zal heel Israël worden gered, zoals ook … Lees meer

Als de wortel heilig is,

Romeinen 11:13-24 13 En tegen u, afkomstig uit die andere volken, zeg ik: Het is waar dat ik een apostel voor de heidense volken ben, maar ik schat mijn taak juist dáárom zo hoog 14 omdat ik hoop afgunst bij mijn volksgenoten op te wekken en een deel van hen te redden. 15 Als God, … Lees meer

De overigen werden onbuigzaam

Romeinen 11:1-12 1 Dan is nu mijn vraag: heeft God zijn volk soms verstoten? Beslist niet. Ik ben immers zelf een Israëliet, een nakomeling van Abraham, afkomstig uit de stam Benjamin. 2 God heeft zijn volk, dat Hij al van tevoren uitgekozen heeft, niet verstoten. Of weet u niet wat de Schrift over Elia zegt, … Lees meer

Wie heeft geloofd

Romeinen 10:14-21 14 Maar hoe kunnen ze Hem aanroepen als ze niet in Hem geloven? En hoe kunnen ze in Hem geloven als ze niet over Hem hebben gehoord? En hoe kunnen ze over Hem horen zonder dat iemand Hem verkondigt? 15 En hoe kan iemand verkondigen als hij niet is uitgezonden? Het is zoals … Lees meer

De naam van de Heer

Romeinen 10:5-13 5 Mozes zegt over de rechtvaardigheid die op grond van de wet verkregen wordt: ‘Wie doet wat de wet voorschrijft, zal leven.’ 6 En dit zegt de rechtvaardigheid die geschonken wordt op grond van geloof: ‘Zeg niet bij uzelf: Wie zal opstijgen naar de hemel?’ -dat wil zeggen: om Christus naar beneden te … Lees meer

Over de steen gestruikeld

Romeinen 9:30–10:4 30 Wat kunnen we hieruit nu opmaken? Volken die niet op rechtvaardigheid uit waren, hebben haar toch verkregen: ze zijn rechtvaardig verklaard op grond van geloof. 31 Maar Israël, dat naar rechtvaardigheid streefde door de wet te volgen, heeft dat niet bereikt. 32 Wat is daarvan de oorzaak? Ze handelden alsof het van … Lees meer

Wie mijn geliefde niet was

Romeinen 9:19-29 19 Maar nu zult u vragen: ‘Waarom roept God ons dan nog ter verantwoording? Niemand gaat toch in tegen zijn wil?’ 20 Wie bent u eigenlijk dat u, een mens, iets tegen God zou inbrengen? Vraagt het aardewerk soms aan de pottenbakker: ‘Waarom hebt u me gemaakt zoals ik eruitzie?’ 21 Heeft de … Lees meer

Ik ben barmhartig

Romeinen 9:6-18 6 Gods belofte is niet komen te vervallen. Want niet alle Israëlieten behoren werkelijk tot Israël, 7 niet alle nakomelingen van Abraham zijn ook werkelijk zijn kinderen; er staat immers geschreven: ‘Alleen de nakomelingen van Isaak zullen gelden als jouw nageslacht.’ 8 Dat wil zeggen: ze zijn niet door hun natuurlijke afstamming kinderen … Lees meer