Er zijn geen Joden of Grieken meer, slaven of vrijen, mannen of vrouwen

Galaten 3:19-29

Eén van de meest sterke en meest vergeten uitspraken van Paulus. Binnen de beweging van de Weg, zo noemde Lucas de Christelijke Kerk, is geen verschil of onderscheid tussen Joden en Grieken, tussen slaven en vrijen, tussen mannen en vrouwen. Wie meedoet in het verhaal van Jezus van Nazareth is een kind van God en kinderen van God zijn nu eenmaal allemaal hetzelfde, niemand is meer dan de ander. Moeten er dan geen wetten zijn? Paulus zegt dat wetten er zijn vanwege de zonde. We gaan nu eenmaal niet voortdurend uit van de Liefde voor de ander. We zijn geneigd om uit te gaan van de Liefde voor onszelf. De wet geeft daarvoor de grens aan. Ook onze wetten van vandaag uit het Burgerlijk Wetboek of het Wetboek van Strafrecht. Als we allemaal uit zouden gaan van de Liefde voor onze naaste dan zouden we die wetten niet nodig hebben. Dan hielden we de man tegen die met een keukenmes in de zak een school binnenstapte en een kind de keel opensneed. Niet omdat hij dat van plan was waarschijnlijk. En daarom past de rechter de wet toe en veroordeelt hij de man tot 12 jaar. En natuurlijk tot verpleging door de regering. Iemand die zulke dingen niet van plan is maar toch doet heeft hulp nodig. In onze samenleving moet je die hulp dan afdwingen. In een samenleving zoals Jezus van Nazareth die heeft bedoeld zou die hulp al lang gegeven zijn, dan zijn er mensen die niet rusten voordat iemand als de dader van deze moord geholpen zou zijn. Hij had immers eerder problemen gehad, was zelfs al eens veroordeeld en onderzocht. Bij dat onderzoek was vastgesteld dat hij die ziekelijke geweldadige aanleg al had. We laten dat dan gaan. We zijn meestal onmachtig om te helpen. Daar zijn mensen voor nodig die niet rusten voor de hulp is verleend. Die desnoods dag en nacht zich opofferen om die hulp te verlenen. Dat kon alleen Jezus van Nazareth. Bij hem ging het zelfs door de dood heen. Voor anderen zijn er wetten nodig. Behalve dus wanneer we echt de weg willen gaan van Jezus van Nazareth. Dan geeft de liefde voor de naaste in wat te doen. In elk geval sluiten we vrouwen niet meer uit van functies in de Kerk. Kerken die werkelijk bij Jezus van Nazareth willen horen zijn dus onder meer te herkennen aan de vrouwen die daar voorgaan want daar is het onderscheid tussen mannen en vrouwen verdwenen. Verder zijn die kerken te herkennen aan hun effect voor de armen in de stad waar ze zijn. Als dit najaar de kerken weer starten met een nieuw seizoen moet je maar eens opletten of de armen, de vreemdelingen, de zieken en de gevangenen voorkomen in het winterprogramma. Zo niet, dan moet je ze er maar op bevragen, of ze echt bij de beweging van de Weg willen horen.

Plaats een reactie