De beklagenswaardigste mensen

1 Korintiërs 15:12-19

12 Maar wanneer nu over Christus wordt verkondigd dat Hij uit de dood is opgewekt, hoe kunnen sommigen van u dan zeggen dat de doden niet zullen opstaan? 13 Als de doden niet opstaan, is ook Christus niet opgewekt; 14 en als Christus niet is opgewekt, is onze verkondiging zonder inhoud en uw geloof zinloos. 15 Dan blijkt dat wij als getuigen van God over Hem hebben gelogen, omdat we verklaard hebben dat Hij Christus heeft opgewekt-want als er geen doden worden opgewekt, dan kan Hij dat niet hebben gedaan. 16 Wanneer de doden niet worden opgewekt, is ook Christus niet opgewekt. 17 Maar als Christus niet is opgewekt, is uw geloof nutteloos, bent u nog een gevangene van uw zonden 18 en worden de doden die Christus toebehoren niet gered. 19 Als wij alleen voor dit leven op Christus hopen, zijn wij de beklagenswaardigste mensen die er zijn. (NBV21)

Voor de schrijver van de brief aan de mensen in Korinthe is dit kennelijk de kern van het verhaal. De doden zullen opstaan. Willen we dat blijven geloven dan mag dat opstaan van sommige mensen zo na een paar duizend jaar onderhand ook wel eens gebeuren ook. Of zou er iets anders worden bedoeld dan dat het stof van de crematoria, de botten uit de geruimde graven, weer tot de mensen worden die ze waren. In heel het verhaal van Jezus van Nazareth gaat het niet om hem maar om de mensen die hij weer een plaats geeft in de samenleving. Ook Paulus benadrukt in zijn brieven dat je jezelf niet op de eerste plaats moet zetten maar de mensen die dat Evangelie nodig hebben. In het Evangelie van Lucas hebben we kunnen lezen dat dat Evangelie betekent de boodschap van bevrijding van de armen.

Die mensen die als dood zijn, die geen toekomst hebben, die niet voor of achteruit kunnen, die mensen komen weer tot leven en krijgen een eigen leven terug. Dat werk, die bevrijding gaat door de dood heen. Jezus van Nazareth, de gezalfde bevrijder, de Messias, de Christus, hield dat vol door de dood heen. Niets of niemand hield hem tegen zelfs de dood niet. In dat verhaal mogen we dus meedoen. En we kunnen in dat verhaal pas meedoen als we de angst voor de dood verliezen. Als we niet meer bang zijn voor de machthebbers in de wereld die ons vijanden aan proberen te praten, die ons wijs proberen te maken dat alle aanhangers van de Islam ons bedreigen. Die, nu de communistische vijand is verdwenen, binnen een aantal jaren een nieuwe vijand hebben geschapen. Maar zij hebben nooit geleerd dat je je vijanden lief moet hebben.

Zij hebben nooit geleerd dat je, zoals in Deuteronomium staat, de vreemdelingen aan tafel moet nodigen. Zij hebben nooit geleerd dat de nette keurige, wetslievende mensen wel voor zichzelf kunnen zorgen maar dat wij moeten zorgen voor de ontevredenen, voor de geweldzoekers, voor de onruststokers. Juist voor al de mensen die de weg van de dood kiezen, de letterlijk doodlopende weg, is dat Evangelie van bevrijding bedoeld. Daar moet het gebracht worden. Het geeft geen pas in het Witte Huis te bidden als je dat niet durft in Taliban land tussen Afghanistan en Pakistan. Juist als je dat echt gelooft zorg je dat je vrede brengt in plaats van geweld. Zuid Koreaanse Christenen deden dat en vonden de dood, zelf er zomaar heengaan is dus de weg niet. We moeten het doen met de hele bewoonde wereld, we zullen iedereen mee moeten zien te krijgen. Daar kunnen we aan werken te beginnen in ons eigen huis, onze eigen stad elke dag opnieuw.

Plaats een reactie