Mijn allermooiste is de enige

Hooglied 6:4-12

Het Hooglied blijft poëzie van de bovenste plank. Geen enkel liefdesliedje uit de top 100 die sinds 1965 wordt samengesteld haalt het bij de liefdespoëzie van het Bijbelboek. Het blijft een genot om te lezen. Al moet je er wel voor in de stemming zijn. Soms klinkt het namelijk wel een beetje overdreven. Want wie zegt nu van zijn geliefde dat heur haar golft als een kudde geiten. Ze ziet je aankomen, zelfs de moderne reclames voor shampoos durven dat effect niet te beloven. Die beloven dat, komt regen storm of hagel, het haar blijft golven alsof je het net hebt gedroogd na een wasbeurt. Toch is het mooie taal, de taal van de liefde.

Heel andere taal als waarvoor Georg W.Bush zich voor moest verontschuldigen. Hij die zich zo vaak beriep op de Bijbel moest toegeven dat hij in de aanloop van de oorlog tegen Irak zo af en toe wat al te krijgshaftig en bloeddorstig had gesproken. Zeker toen duidelijk was geworden dat die wapens voor massavernietiging er echt niet waren, zoals de inspecteurs van de Verenigde Naties ook al hadden vastgesteld, en toen ook duidelijk was geworden dat de soldaten van Bush net zo goed konden martelen en mensenrechten konden schenden als de soldaten van Sadam Hoessein al die jaren hadden gedaan. Jammer natuurlijk dat er geen lering uit getrokken wordt. Dat Guantanamo Bay niet is gesloten, of overgedragen aan de VN.

De Bijbel vertalers hebben overigens grote moeite met de betekenis van de laatste tekst uit dit hoofdstuk en de beste vertaling ervan blijft wat duister. Voor wie de liefde bedrijft zal duidelijk zijn dat je boven jezelf kunt uitstijgen en het gevoel kan krijgen tot in de hoogste hemelen opgetild te worden. Daardoor hopen wij nog steeds op een internationale liefde die leidt tot de ontdekking dat je ook bij vreemden en voormalige tegenstanders te maken hebt met een nobel volk zoals hier beschreven in het Hooglied. Het moet toch ook in ons land de komende tijd duidelijk worden dat we ons voor niemand en niets angst moeten aan laten jagen. Dat ondanks alle problemen het vormen van één unie in Europa een eerste stap kan zijn op weg naar één Wereld waar alle mensen hun plaats krijgen en niemand regeert over een ander. Het mag dan zweverig klinken, de liefde verheft ons boven alle aards gewoel en zal ons een uitweg bieden uit het gewoel van de volken. Samen mogen we op weg, elke dag weer, ook vandaag.

Plaats een reactie