Doe rechtvaardig uitspraak

Deuteronomium 1:1-18 1 Hier volgen de woorden die Mozes tot heel Israël heeft gesproken in de dorre vlakte aan de overkant van de Jordaan, ter hoogte van Suf, tussen Paran aan de ene kant en Tofel, Laban, Chaserot en Di-Zahab aan de andere. 2 (Het is elf dagreizen van de Horeb naar Kades-Barnea, als men … Lees meer

Hun lot ten goede keren

Jeremia 33:19-26 19 De HEER richtte zich tot Jeremia: 20 ‘Dit zegt de HEER: Als mijn verbond met de dag en de nacht kon worden tenietgedaan, zodat de dag en de nacht niet meer op tijd zouden aanbreken, 21 dan zou ook mijn verbond met mijn dienaar David kunnen worden tenietgedaan. Dan zou er geen … Lees meer

Recht en gerechtigheid

Jeremia 33:12-18 12 Dit zegt de HEER van de hemelse machten: Er zullen in dit verwoeste land, waar mens noch dier meer leeft, rond alle steden weiden zijn, waar de herders hun schapen en geiten zullen laten rusten. 13 In de steden van het bergland, het heuvelland en de Negev, in het gebied van Benjamin, … Lees meer

Zij werden niet geloofd

Marcus 16:9-20 9 Toen Hij vroeg op de eerste dag van de week uit de dood was opgestaan, verscheen Hij eerst aan Maria van Magdala, bij wie Hij zeven demonen had uitgedreven. 10 Ze ging het nieuws vertellen aan de mensen die Hem hadden vergezeld en die nu om Hem treurden en rouwden. 11 Toen … Lees meer

Angst en schrik.

Marcus 16:1-8 1 Toen de sabbat voorbij was, kochten Maria van Magdala en Maria, de moeder van Jakobus, en Salome geurige olie om Hem te balsemen. 2 Op de eerste dag van de week gingen ze heel vroeg in de ochtend, vlak na zonsopgang, naar het graf. 3 Ze zeiden tegen elkaar: ‘Wie zal voor … Lees meer

In het kwartier van de paleiswacht

Jeremia 33:1-11 1 De HEER richtte zich voor de tweede maal tot Jeremia, die nog steeds in het kwartier van de paleiswacht gevangenzat: 2 ‘Dit zegt de HEER, die alles beschikt heeft en volbrengt wat Hij zich voorgenomen heeft, wiens naam is HEER: 3 Roep Mij aan, en Ik zal je antwoorden, Ik zal je … Lees meer

Hij is een van hen!

Marcus 14:32–15:47 32 Ze kwamen bij een plek die Getsemane heette, en Hij zei tegen zijn leerlingen: ‘Blijven jullie hier zitten, terwijl Ik ga bidden.’ 33 Hij nam Petrus, Jakobus en Johannes met zich mee. Hij voelde zich onrustig en angstig worden 34 en zei tegen hen: ‘Ik ben diepbedroefd, tot stervens toe. Blijf hier … Lees meer

Dit is mijn lichaam.

Marcus 14:12-31 12 Op de eerste dag van het feest van het Ongedesemde brood, wanneer het pesachlam wordt geslacht, zeiden zijn leerlingen tegen Hem: ‘Waar wilt U dat wij voorbereidingen gaan treffen zodat U het pesachmaal kunt eten?’ 13 Hij stuurde twee van zijn leerlingen op pad en zei tegen hen: ‘Ga naar de stad. … Lees meer

Deze verkwisting

Marcus 14:1-11 1 De volgende dag zou het feest van Pesach en het Ongedesemde brood beginnen. De hogepriesters en schriftgeleerden zochten naar een mogelijkheid om Hem door middel van een list gevangen te nemen en te doden. 2 ‘Maar niet op het feest,’ zeiden ze, ‘want dan komt het volk in opstand.’ 3 Toen Hij … Lees meer

Uw wil te doen

Psalm 40 1 Voor de koorleider. Van David, een psalm. 2 Vol verlangen heb ik op de HEER gewacht en Hij boog zich naar mij toe, Hij heeft mijn roep om hulp gehoord. 3 Hij trok mij uit de kuil van het graf, uit de modder, uit het slijk. Hij zette mij neer op een … Lees meer

De Heer spot met hen

Psalm 2 1 Waartoe leidt het woeden van de volken, het rumoer van de naties? Tot niets. 2 De koningen van de aarde komen in verzet, de heersers spannen samen tegen de HEER en zijn gezalfde: 3 ‘Wij moeten hun juk afwerpen, ons van hun boeien bevrijden.’ 4 Die in de hemel troont lacht, de … Lees meer

De Heer heeft het nodig

Marcus 11:1-11 1 Toen ze Jeruzalem naderden en in de buurt waren van Betfage en Betanië bij de Olijfberg, stuurde Hij twee van zijn leerlingen vooruit. 2 Hij zei tegen hen: ‘Ga naar het dorp dat daar ligt. Zodra jullie er binnenkomen, zul je daar een ezelsveulen vastgebonden zien staan, dat nog nooit door iemand … Lees meer