Het was een Samaritaan.

Lucas 17:11-19 11 Op weg naar Jeruzalem trok Jezus door het grensgebied van Samaria en Galilea. 12  Toen hij daar een dorp wilde binnengaan, kwamen hem tien mensen tegemoet die aan huidvraat leden; ze bleven op een afstand staan. 13  Ze verhieven hun stem en riepen: ‘Jezus, meester, heb medelijden met ons!’ 14  Toen hij … Lees meer

Is de schijn u lief

Psalm 4 1 Voor de koorleider. Bij snarenspel. Een psalm van David. 2 Antwoord mij als ik roep, God die mij recht doet. Geef mij ruimte als ik belaagd word, wees genadig, hoor mijn gebed. 3 Machtigen, hoe lang nog maakt u mij te schande, is de schijn u lief, de leugen uw leidraad? sela … Lees meer

Het zwaard trekken

Micha 4:1-8 1 Eens zal de dag komen dat de berg met de tempel van de HEER rotsvast zal staan, verheven boven de heuvels, hoger dan alle bergen. Volken zullen daar samenstromen, 2 machtige naties zullen zeggen: ‘Laten we optrekken naar de berg van de HEER, naar de tempel van Jakobs God. Hij zal ons … Lees meer

Begeerte, inhaligheid, pronkzucht

1 Johannes 2:12-17 12 Kinderen, ik schrijf u dat uw zonden u vergeven zijn omwille van zijn naam. 13 Ik schrijf u, ouderen: u kent Hem die er is vanaf het begin. Ik schrijf u, jongeren: u hebt hem die het kwaad zelf is overwonnen. 14 Kinderen, ik schrijf u dus dat u de Vader … Lees meer

Wie de ander liefheeft

1 Johannes 2:3-11 3 Dat wij God kennen weten we doordat we ons aan zijn geboden houden. 4 Wie zegt: ‘Ik ken Hem,’ maar zich niet aan zijn geboden houdt, is een leugenaar; de waarheid is niet in hem. 5 In ieder die zich aan Gods woord houdt, is zijn liefde werkelijk tot volmaaktheid gekomen; … Lees meer

De rechtvaardige.

1 Johannes 1:8-2:2 8 Als we zeggen dat we de zonde niet kennen, misleiden we onszelf en is de waarheid niet in ons. 9 Belijden we onze zonden, dan zal Hij, die trouw en rechtvaardig is, ons onze zonden vergeven en ons reinigen van al het onrecht dat wij bedrijven. 10 Als we zeggen dat … Lees meer

Het Woord dat leven is.

1 Johannes 1:1-7 1 Wat er was vanaf het begin, wat wij gehoord hebben, wat wij met eigen ogen gezien en aanschouwd hebben, wat onze handen hebben aangeraakt, dat verkondigen wij: het Woord dat leven is. 2 Het leven is verschenen, wij hebben het gezien en getuigen ervan, we verkondigen u het eeuwige leven, dat … Lees meer

Woorden van vrede.

Deuteronomium 2:26-37 26 Ik stuurde toen vanuit de woestijn van Kedemot gezanten naar koning Sichon van Chesbon met woorden van vrede. Ik vroeg hem: 27 ‘Sta mij toe door uw land te trekken. Ik verzeker u dat ik de hoofdweg zal volgen en er niet van zal afwijken, naar links noch naar rechts. 28 Verkoop … Lees meer

In de buurt van Gaza

Deuteronomium 2:16-25 16 Toen dus alle weerbare mannen waren gestorven, 17 zei de HEER tegen mij: 18 ‘Vandaag trek je door Ar heen, het gebied van Moab. 19 Je zult dan in de buurt komen van de Ammonieten. Bejegen ook hen niet vijandig en daag hen niet uit. Ook van het land van de Ammonieten … Lees meer

God stond jullie terzijde.

Deuteronomium 2:2-15 2 Toen zei de HEER tegen mij: 3 ‘Jullie zijn nu lang genoeg om dit gebergte heen getrokken. Keer om en ga naar het noorden. 4 En jij moet het volk voorhouden: “Straks komen jullie door het gebied van jullie broeders, de afstammelingen van Esau, die in Seïr wonen. Zij zullen bang voor … Lees meer

Goed en kwaad

Deuteronomium 1:34-2:1 34 Toen de HEER u hoorde klagen, ontstak Hij in woede. Hij zwoer: 35 ‘Niemand van deze verdorven generatie zal het goede land zien dat Ik jullie voorouders onder ede heb beloofd. 36 Alleen Kaleb, de zoon van Jefunne, zal het zien; aan hem en zijn zonen zal Ik het gebied geven dat … Lees meer

Waar gaan we eigenlijk heen?

Deuteronomium 1:19-33 19 We zijn dus bij de Horeb weggegaan en dwars door die grote, verschrikkelijke woestijn getrokken, zoals u zelf ervaren hebt, naar het bergland van de Amorieten, zoals de HEER, onze God, ons had opgedragen. Ten slotte kwamen we bij Kades-Barnea. 20 Toen zei ik tegen u: ‘U bent nu het bergland van … Lees meer

Doe rechtvaardig uitspraak

Deuteronomium 1:1-18 1 Hier volgen de woorden die Mozes tot heel Israël heeft gesproken in de dorre vlakte aan de overkant van de Jordaan, ter hoogte van Suf, tussen Paran aan de ene kant en Tofel, Laban, Chaserot en Di-Zahab aan de andere. 2 (Het is elf dagreizen van de Horeb naar Kades-Barnea, als men … Lees meer