Drinken zul je!

Jeremia 25:27-38

27  De HEER zei: ‘Zeg tegen hen: Dit zegt de HEER van de hemelse machten, de God van Israël: Drink, duizel en braak; als ik het zwaard op jullie afstuur, storten jullie neer en kunnen jullie niet meer opstaan. 28  En als ze weigeren de beker aan te nemen, zeg dan tegen hen: Dit zegt de HEER van de hemelse machten: Drinken zul je! 29  Ik sta op het punt de stad waaraan mijn naam verbonden is ten onder te laten gaan. Zouden jullie dan ongestraft blijven? Nee! Ik roep het zwaard op tegen alle bewoners van de aarde-spreekt de HEER van de hemelse machten. 30 En jij-profeteer dit alles, zeg tegen hen: De HEER brult uit de hoge hemel, hij gromt vanuit zijn heilige woning, hij buldert over zijn kudde. Als een druiventreder schreeuwt hij tegen de bewoners van de aarde. 31  Tot aan de einden der aarde klinkt krijgsrumoer, want de HEER klaagt alle volken aan, hij voert een rechtszaak tegen al wat leeft. Die boosdoeners levert hij uit aan het zwaard- spreekt de HEER. 32  Dit zegt de HEER van de hemelse machten: Rampen treffen volk na volk, een orkaan steekt op van de uithoeken der aarde. 33  De slachtoffers van de HEER liggen over de aarde verspreid. Ze worden niet betreurd, niet weggehaald en niet begraven, maar blijven liggen als mest op het land. 34  Herders, jammer, schreeuw het uit! Leiders van de kudde, wentel je in het stof! Nu worden jullie geslacht, jullie vallen in stukken als een kostbare kruik, jullie worden verstrooid. 35  De herders kunnen niet meer vluchten, de leiders kunnen niet ontkomen. 36  Hoor! De herders schreeuwen, de leiders van de kudde jammeren, want de HEER verwoest hun weidegrond. 37  Hun vredige weiden worden vernietigd door de grote woede van de HEER. 38  Als een leeuw doemt hij op uit zijn schuilplaats, ja, hun land wordt tot een woestenij door het moordend geweld, door zijn grote toorn.’(NBV)

Denk nu niet dat ook Jeremia de onvrede verwoord die veel mensen tegenwoordig hebben. Het gaat tegen de herders en dus tegen de leiders van het volk. De politici van zijn dagen, het partijkartel, de grote ondernemingen die akker  aan akker voegen, in onze dagen de bonussen aan de bonussen. Het zijn de verbonden die ze zijn aangegaan, zoals in onze dagen de vorming van de Europese Unie. Het lijkt er soms op dat wat we gewend waren, waar we ons veilig bij voelden, ons wordt afgenomen zonder dat we het wisten en zeker zonder dat we er iets over te zeggen hadden. Maar als je denkt dat het daar allen om gaat dan heb je dit hoofdstuk uit Jesaja toch niet helemaal goed gelezen. Het gaat namelijk ook om het volk.

Dat volk had vreemde goden achterna gelopen. En nu zullen er zijn die zeggen dat dit bewijst dat religie inderdaad alleen maar ellende veroorzaakt. Maar dat is te eenvoudig gedacht. Ieder volk had een god, iedereen had eigenlijk een eigen god. Die godjes zouden moeten zorgen voor winst en profijt op de handel en wandel van de aanbidders. En ook in onze dagen staan de winst het profijt voor veel mensen voorop, als of het goden zijn waar je offers aan moet brengen. Een fatsoenlijk loon voor onderwijzers, klassen die niet groter zijn dan goed is voor het onderwijs aan kinderen, zijn onbetaalbaar omdat je anders de winst van bedrijven en rijke Nederlanders moet afromen. En winst en profijt zijn het allerbelangrijkste. De goden van winst en profijt zijn in onze dagen zo belangrijk dat we ons weer slaven hebben laten maken van werken en consumeren.

De wekelijkse bevrijdingsdag, de dag waarop we herdenken dat we bevrijd zijn van de slavernij en zelfs van de dood als voornaamste prikkel voor ons handelen, die dag hebben we opgegeven. Dan moet er ook gewerkt worden, dan moet er ook geconsumeerd worden. Dat er door die ene dag niet meer geproduceerd wordt dan in een vijfdaagse werkweek, dat er niet meer aan consumeren wordt uitgegeven dan in een zesdaagse winkelweek is dan niet belangrijk meer. Niet belangrijker dan het aanbidden van de goden van werken en consumeren. Als schapen lopen wij de herders achterna die ons voorhouden dat we vast moeten houden aan de oude gewoonten als zwarte piet. Die ons wijsmaken dat de hoofddoekjes van onze voorouders niet op een andere manier kunnen terugkeren. Dat het gaat om bevrijding van de slavernij, de zorg voor de minsten, de verkleining van inkomensverschillen, de vrede op aarde zullen we opnieuw moeten gaan geloven. Anders verliezen we ons land echt.

 

Plaats een reactie