De Zoon kan niets uit zichzelf doen.

Johannes 5:14-23

Het beeld van de gelovige die zich ziet als een kind van God komt ook in het Oude Testament veelvuldig voor. Zeker in de Psalmen roepen de dichters God regelmatig aan als zijn kinderen. In dit gedeelte eigent Jezus van Nazareth zich dat beeld als het ware toe. De Farizeeën verwijten hem zich op één lijn te stellen met God als hij zijn werk op de Sabbath vergelijkt met het werk van zijn Vader, de God van Israël, die dag en nacht in de weer is voor zijn kinderen. Maar een Zoon die werkelijk zoon van God wil zijn kan niet anders dan gaan lijken op de vader en dus ook doen wat de Vader doet. Dat zelfde geldt natuurlijk voor een dochter van de vader, maar Jezus van Nazareth betrekt het heel direct op zichzelf. De vraag blijft natuurlijk of wij als volgelingen van Jezus van Nazareth dat dan ook zomaar mogen doen. Daarvoor moeten we wat dieper in het conflict duiken dat ons hier wordt verteld. We kennen natuurlijk nog het verhaal uit Genesis over Adam en Eva die beloofd werd dat ze zouden zijn als God, kennende goed en kwaad als ze zouden eten van de boom van kennis van goed en kwaad. Kennis van goed en kwaad is dus bij uitstek de zonde waarvoor mensen kunnen vallen. De verlamde man die genezen was en op weg ging met zijn mat werd, toen hij in de Tempel kwam, nog eens door Jezus van Nazareth vermaand niet meer te zondigen. Ook hij had een conflict gehad met de Farizeeën toen ze hem hadden verweten op de Sabbath te werken. Maar je kunt niet aannemen dat Jezus van Nazareth hem hetzelfde verwijt maakte. Juist niet, het verwijt van Jezus van Nazareth is juist dat hij moet ophouden zich zorgen te maken over wat verkeerd zou kunnen gaan maar zich uitsluitend bezig houden met het goede. En daar zit ook het conflict over de Vader Zoon verhouding. Als in de Joodse cultuur een zoon weigerde te doen wat zijn vader hem had opgedragen dan zei men dat die zoon zich gelijk stelde aan zijn vader, hij wist het immers even goed, zo niet beter. Jezus van Nazareth laat zien dat gelijk stellen ook het tegendeel kan betekenen. Doen wat de Vader zegt maakt je een evenbeeld van de Vader. Daar gaat ook dat stukje over dat spreekt over leven en levend maken. Het is duidelijk dat Jezus van Nazareth de verlamde man weer tot leven heeft gewekt, sta op was het bevel tot hem. Als reactie wilden de Farizeeën Jezus van Nazareth ter dood laten brengen staat er dan. Maar de God van Israël is een God van het leven en zo is de Zoon ook een kind van het leven. Zo mogen wij ook kinderen van het leven zijn, kiezen voor het leven, zorgen dat anderen gaan leven, de hongerigen, de bedreigden, de slachtoffers van vervolging en geweld. Het klinkt elke dag weer door, wij mogen als kinderen van God werken voor zijn Koninkrijk, ook vandaag weer.

Plaats een reactie