Kom maar op met je leger

Rechters 9:22-49

22 Drie jaar had Abimelech het in Israël voor het zeggen. 23  Toen zaaide God onenigheid tussen Abimelech en de burgers van Sichem, zodat de burgers van Sichem hun belofte van trouw aan Abimelech braken. 24  Dat was om de moord op de zeventig zonen van Jerubbaäl te wreken op hun broer Abimelech, die hen had gedood, en op de burgers van Sichem, die hem daarbij hadden geholpen. 25  Om Abimelech te benadelen, lieten de burgers van Sichem een groep mannen zich hoog in de bergen verdekt opstellen; vanuit hun hinderlaag beroofden die iedereen die daar langskwam. Dit kwam Abimelech ter ore. 26  In diezelfde tijd kwam Gaäl, de zoon van Ebed, met zijn verwanten in Sichem aan, en de burgers van Sichem schonken hem hun vertrouwen. 27  Ze gingen weer naar hun wijngaarden, plukten de druiven en persten die uit. Daarna hielden ze een oogstfeest, en tijdens het feestmaal in de tempel van hun god begonnen ze Abimelech te beschimpen. 28  Gaäl zei: ‘Wie is die Abimelech eigenlijk? Waarom zou een stad als Sichem onderworpen zijn aan de zoon van Jerubbaäl en Zebul, zijn gevolmachtigde? Zouden wij er niet beter aan doen de nakomelingen van Chamor te dienen, de vader van Sichem, in plaats van Abimelech? 29  Als ik het hier voor het zeggen had, zou ik Abimelech afzetten. Ik zou tegen hem zeggen: “Kom maar op met je leger, hoe groot het ook is!”’ 30  Zebul, de stadscommandant van Sichem, werd woedend bij het horen van deze woorden. 31  Heimelijk stuurde hij boden naar Abimelech om hem te zeggen: ‘Gaäl, de zoon van Ebed, is met zijn verwanten naar Sichem gekomen, en nu stoken zij de stad tegen u op! 32  Kom daarom vannacht nog met uw leger hierheen en stel u verdekt op in het veld. 33  Doe morgen bij zonsopgang een aanval op de stad. Als hij dan met zijn manschappen vanuit de stad tegen u uitrukt, kunt u uw kans grijpen.’ 34  Diezelfde nacht betrok Abimelech met zijn leger vier verdekte stellingen in de buurt van Sichem. 35  Toen Gaäl de volgende morgen in de stadspoort verscheen, kwamen Abimelech en zijn soldaten uit hun stellingen te voorschijn. 36  Gaäl zag hen en zei tegen Zebul: ‘Kijk, daar komt een leger aan vanuit de bergen.’ Zebul antwoordde: ‘Dat is de schaduw van de bergen, die u voor een leger aanziet.’ 37  Maar Gaäl hield vol: ‘Nee, kijk maar, er komt een leger aanzetten vanaf de Gerizim, en daarginds komt nog een eenheid aan van de kant van de Waarzeggerseik.’ 38  Toen zei Zebul tegen hem: ‘U moest toch zo nodig zeggen: “Wie is die Abimelech eigenlijk, dat wij aan hem onderworpen zouden zijn?” Hier is het leger waarover u zo laatdunkend hebt gesproken. Vooruit, bind nu de strijd maar met hem aan!’ 39  Gaäl rukte uit aan het hoofd van de burgers van Sichem en bond de strijd aan met Abimelech. 40  Abimelech sloeg hem terug en joeg hem op de vlucht. Het slagveld was tot aan de stadspoort toe met lijken bezaaid. 41  Abimelech woonde in Aruma; Gaäl en zijn verwanten werden door Zebul uit Sichem verbannen. 42  De volgende dag gingen de inwoners van Sichem weer aan het werk op het land. Toen Abimelech hiervan op de hoogte werd gesteld, 43  verdeelde hij zijn leger in drie groepen en stelde zich verdekt op in het veld. Zodra hij de mensen de stad uit zag komen, overviel hij hen. 44  Terwijl Abimelech met zijn groep een aanval op de stadspoort deed en die bezette, overmanden de twee andere groepen de mensen op het land. 45  Na een dag van strijd nam Abimelech de stad in. Hij doodde er iedereen, maakte de stad met de grond gelijk en bestrooide de resten met zout. 46  Toen de inwoners van Migdal-Sichem dit vernamen, trokken zij zich terug in de versterkte toren bij de tempel van El-Berit. 47  Abimelech werd ervan op de hoogte gesteld dat de inwoners van Migdal-Sichem zich hadden verschanst. 48  Hij ging met al zijn manschappen de Salmon op. Daar kapte hij met zijn bijl wat kreupelhout, legde de takken op zijn schouder en gaf zijn soldaten bevel vlug zijn voorbeeld te volgen. 49  Ook de soldaten kapten allemaal een bos takken en volgden Abimelech terug naar beneden. Ze plaatsten hun takkenbossen tegen de versterking en staken die in brand, zodat de mensen daarbinnen in de vlammen omkwamen. Zo vonden ook alle inwoners van Migdal-Sichem de dood, ongeveer duizend mannen en vrouwen.(NBV)

Het loopt altijd weer op oorlog uit. De ene koning tegen de andere heerser. En elk weet een leger op de been te brengen. Als er niemand naar de oorlog zou gaan was er ook geen slagveld nietwaar. In dit verhaal begint het met de koning zelf, die iedereen afslacht voor hij de troon bestijgt. Als dat de norm is hoeft het niet verbazen als anderen dat navolgen. Dus begint iemand een roversbende, snel klaar, snel rijk. En dan is er ook vast iemand die net zo machtig als de koning gevonden wil worden, macht, rijkdom en aanzien trekken immers altijd. De hele zaak loopt dan weer geweldig uit de hand en het land ligt bedekt met lijken. Het verhaal uit het boek Rechters is eeuwen oud, maar het had vandaag in de krant kunnen staan. De regering van Nederland deelt wapens uit in Syrië aan strijdgroepen die ook mensen ondersteunen die terreurdaden uitvoeren. Hoe moeten we nu Nederlanders straffen die voor de terreurorganisaties hebben gevochten.

Wie de belangen van de Verenigde Staten volgens de Verenigde Staten schaadt kan een leger verwachten. Amerika eerst begint met de rijkdom van Amerika met niemand willen delen, handelsoorlogen zijn het gevolg. Handelsoorlogen zijn het soort oorlogen waarvan over ter wereld, ook in Amerika, de armsten het eerst slachtoffer worden. Dat soort leiders en koningen heb je dus in het geheel niet nodig om een vreedzaam leven te leiden. We hebben het al over Ehu en Othniël gehad, en over Deborah en over Gideon, die gaven een andere richting aan. Gideom weigerde om koning te worden na zijn overwinningen op de plunderaars. Over de Bijbel wordt wel eens gezegd dat het vol oorlogen en slachtingen staat en dat we het daar toch niet over zouden moeten hebben. Maar op dit moment, als U dit leest, zijn er op de wereld 34 gewelddadige conflicten aan de gang.

Over die conflicten zouden we het dus moeten hebben want de wereldgemeenschap zou haar stinkende best moeten doen om deze conflicten tot een einde te brengen en er vrede te brengen. Zelf kunnen we daar aan bijdragen door hard te protesteren tegen wapenleveranties zoals die van onze eigen regering. Maar ook tegen voorwaarden die de Wereldbank op verzoek van Nederland op gaat leggen aan arme landen voordat de schulden worden kwijtgescholden. Die voorwaarden maken dat wij van die kwijtschelding rijker worden doordat ze daar geen tariefmuren mogen oprichten, dat er een rijke klasse gaat ontstaan omdat de Wereldbank eerlijk delen nu eenmaal verbiedt. Eerlijke handel heet in Nederland nu eenmaal Fair Trade, en dat zijn kleine aparte winkeltjes die gedreven worden door gedreven vrijwilligers. Help ze maar dan help je ook een beetje de oorlog de wereld uit.

 

Plaats een reactie