U mag haar niet tot vrouw nemen.

Matteüs 14:1-12

1 ¶  In die tijd hoorde ook Herodes, de tetrarch, over Jezus vertellen, 2  en hij zei tegen zijn hovelingen: ‘Dat moet Johannes de Doper zijn; hij is opgestaan uit de dood en daardoor beschikt hij over zulke wonderbaarlijke krachten.’ 3  Herodes had Johannes destijds laten arresteren en in de boeien laten slaan en hem in de gevangenis geworpen vanwege Herodias, de vrouw van zijn broer Filippus. 4  Johannes had namelijk tegen hem gezegd: ‘U mag haar niet tot vrouw nemen.’ 5  En hoewel hij hem wilde doden, deed hij dat niet uit vrees voor het volk, dat hem voor een profeet hield. 6  Toen Herodes een feest gaf ter gelegenheid van zijn verjaardag, danste de dochter van Herodias te midden van de aanwezigen, en dat viel bij Herodes in de smaak. 7  Daarom zei hij dat ze zou krijgen wat ze maar zou vragen, en hij bezegelde die belofte met een eed. 8  Door haar moeder daartoe aangezet zei ze: ‘Breng me dan op een schaal het hoofd van Johannes de Doper.’ 9  Deze vraag bedroefde de koning, maar omdat hij in het bijzijn van zijn tafelgasten een eed gezworen had, beval hij dat men het haar zou brengen, 10  en hij gaf opdracht Johannes in de gevangenis te onthoofden. 11  Het hoofd werd op een schaal binnengebracht en aan het meisje gegeven, en zij bracht het naar haar moeder. 12  Zijn leerlingen kwamen het lijk halen, begroeven het en gingen daarna naar Jezus om het hem te vertellen. (NBV)

Er zijn mensen die de Bijbel graag als geschiedenisboekje lezen. Alle namen, feiten en jaartallen moeten kloppen met wat de moderne geschiedeniswetenschap ons vertelt. Als het niet klopt dan pakken ze de schaar en de lijmpot en verknippen de Bijbelteksten en plakken ze opnieuw in andere volgorde net zolang tot het klopt met de moderne geschiedeniswetenschap. Soms houden ze dan stukjes tekst over, soms zelfs blijken Bijbelse figuren in de geschiedenisboekjes niet terug te vinden te zijn. Dan moeten ze er maar uit zeggen sommigen van die zogenaamde Bijbelwetenschappers. De Bijbel is namelijk helemaal geen geschiedenisboekje, de Bijbel is een geloofsboek waarin mensen hebben opgeschreven wat ze hadden meegemaakt en wat ze te weten waren gekomen van de God van Israël. Vaak hadden ze die God in heel moeilijke omstandigheden ontmoet en had die God hen bevrijdt van die moeilijke omstandigheden. Maar evenzo vaak had die God hen niet beschermd tegen de problemen, tegen onderdrukking en slavernij, tegen marteling en moord. Vandaag lezen we een verhaal dat ook terug te vinden is in de geschiedenisboekjes. Tenminste de namen en de feiten komen ook terug in een geschiedenisboek. Niet alle namen uit het verhaal van vandaag.

Het geschiedenisboek is van Flavius Josephus. Die had deelgenomen aan de grote Judeese opstand die uitgelopen was op de verwoesting van de Tempel. Daarna was hij in dienst gekomen van de Romeinse Keizer en ter verdediging van het optreden van de Judeeërs had hij zijn geschiedenis van Israël geschreven. Daar komt dit verhaal van Johannes de Doper in voor. Die Koning Herodes was dan wel koning van Judea, hij had zich zwaar vergrepen aan de Wet van Judea. De scheiding van zijn eerste vrouw ging er nog mee door, hij had haar weggestuurd met een scheidingsbrief. Maar dan gaan hokken met de vrouw van je broer was toch wel zeer in strijd met wat er over geschreven stond in het boek Leviticus. Het was Herodes in Judea dan ook zeer kwalijk genomen. Johannes de Doper had zich rechtstreeks tot de Koning gewend en hem dit voorgehouden. Johannes was zeer populair geweest schrijft Flavius Josephus en was dus gevangen genomen en later ter dood gebracht.  In het verhaal van Flavius Josephus ontbreekt echter een Bijbelse figuur. Die Jezus van Nazareth. Die kon kennelijk hetzelfde aan wonderen doen als Johannes de Doper en was net zo populair. Dat vertelt het verhaal van Matteüs tenminste. Het verhaal van Matteüs gaat over Jezus van Nazareth, niet over Johannes de Doper en maar een klein beetje over Herodes. Geen woord over de hoofdpersoon van Matteüs bij Flavius Josephus.

Volgens de Bijbelverhalen was Jezus van Nazareth een volgeling van Johannes de Doper geweest. Het optreden van Jezus begon nadat hij door Johannes gedoopt was. Het was Johannes die had opgeroepen om als je twee mantels had er een weg te geven aan iemand die er geen had. Nadat Johannes was vermoord door Herodes vluchtte Jezus naar Galilea, dat door Judeeërs het land van de Heidenen werd genoemd. De aanhangers van Jezus van Nazareth volgden hem echter, ze lieten hem niet los ook niet in donkere tijden. Zo wordt de Bijbelse geschiedenis een ander soort geschiedenis. Hier gaat het niet om namen en feiten, maar om geloof. Tegen het magische geloof van Herodes in de opstanding van Johannes de Doper staat het geloof van het volk in de boodschap van de Thora, heb uw naaste lief als uzelf. Het antwoord van Jezus daarop is het genezen van zieken, uit de verhalen in de Bijbel leren we dat die weer een plaats in de samenleving krijgen. Het is een heel ander soort geschiedenis dat je niet in boekjes als die van Flavius Josephus kunt terugvinden. We hebben dan ook niet veel aan dat soort boekjes maar veel meer aan de boodschap van de Bijbel, heb je naaste lief als jezelf, daar mag je elke dag opnieuw mee beginnen.

Plaats een reactie