De stam Levi mag je niet inschrijven

Numeri 1:44-54

44 ¶  Dit waren de aantallen die Mozes noteerde, samen met Aäron en de twaalf leiders van de Israëlieten, die elk aan het hoofd van een familie stonden. 45  Het aantal weerbare Israëlieten van twintig jaar en ouder dat ingeschreven werd, geordend naar families, 46  bedroeg in totaal 603.550. 47 ¶  Degenen die tot de stam Levi behoorden werden niet ingeschreven. 48  De HEER had namelijk tegen Mozes gezegd: 49  ‘De stam Levi mag je niet inschrijven, je mag hen niet met de andere Israëlieten meetellen. 50  Stel de Levieten aan over de tabernakel, waarin de verbondstekst bewaard wordt, en over alle bijbehorende voorwerpen. Zij moeten de tabernakel en alles wat erbij hoort dragen, ze zijn voor de tabernakel verantwoordelijk en moeten hun tenten eromheen opslaan. 51  Wanneer de tabernakel verplaatst moet worden, dienen de Levieten hem af te breken, en wanneer hij wordt neergezet, is het hun taak hem weer op te bouwen. Iedere onbevoegde die te dicht bij het heiligdom komt zal gedood worden. 52  Wanneer de Israëlieten hun kamp opslaan, ieder bij zijn eigen afdeling en bij zijn eigen vaandel, 53  moeten de Levieten hun tenten opslaan rond de tabernakel met de verbondstekst, om te voorkomen dat het volk door mijn toorn getroffen wordt. De Levieten moeten zorg dragen voor de tabernakel.’ 54  De Israëlieten deden alles wat de HEER Mozes had opgedragen. (NBV)

Een geweldig leger van meer dan 600 duizend mannen bewoog zich door de woestijn. Vergis je niet, het verhaal gaat over een groot en machtig volk dat was ontstaan door het ingrijpen van de God van Israël. Nu is de Bijbel geen geschiedenisboekje. De annalen waarin Mozes en Aäron al die namen hadden laten opschrijven zijn nooit teruggevonden, we kunnen ze dus niet controleren. Er zijn zelfs geen sporen in de woestijn gebleven van een zo groot volk dat uit Egypte langs de berg Sinaï naar Palestina heeft getrokken. Je zou dat wel verwachten. Maar je moet niet denken dat daarom het verhaal niet is gebeurd. Het verhaal over de stam van Levi leert ons anders. Die God van Israël bleef niet achter op de Berg waar hij aan Mozes zijn richtlijnen had gegeven voor het inrichten van die menselijke samenleving die hij had beloofd. De stam Levi telde niet mee als het ging om de verdediging van het volk, maar de stam Levi telde mee bij de verdediging van de Tabernakel. Daar had de God van Israël zijn plaats gevonden te midden van het volk. Daar werd het verbond gesloten dat de God van Israël met zijn volk had gesloten. Als zij zich aan dat verbond zouden houden dan zou de Naam van die God over heel de wereld geëerd en gevreesd worden, dan zou het volk Israël onoverwinnelijk zijn omdat zij ondanks alles de liefde voor elkaar, en met name de liefde voor de minsten, de zwaksten zouden volhouden. Van een volk dat dat volhoudt kun je niet winnen. Die God moet je dus niet verwaarlozen, die vormt het hart van het volk en dat mag je tot het uiterste beschermen. Dat is de taak van Levi.

De functie van die Tabernakel behoeft overigens nog wel enig nadenken. De Nieuwe Bijbelvertaling vertaalt hier Tabernakel waar in het Hebreeuws letterlijk staat “woning der getuigenis”. Het is de Tabernakel waarin de verbondstekst wordt bewaard. Door het woord Tabernakel te gebruiken voor deze Tent wordt het heilige karakter er van nog eens benadrukt. Iedereen die dat Heilige karakter niet serieus neemt kan doodvallen. Dat is niet zo maar. En de Levieten zijn niet gewoon maar tentenbouwers zoals je ze bij circussen nog wel eens tegenkwam. Sterke mannen met grote spierballen die aan touwen het grote tentzeil in de masten hesen. De Levieten hebben een heilige taak. De Tent van het verbond is een goddelijke plaats. Nu woont God daar niet. God is daar waar Hij wil zijn. Latere Joodse verhalen zeggen nog wel eens dat de Tempel, die later de Tabernakel zou vervangen, het voetenbankje van God zou zijn. Daar begint de ontmoeting met God. Maar die ontmoeting gebeurd niet door een Godenbeeld. Het belangrijkste is een kist van acaciahout. Om het belangrijke van die kist te benadrukken wordt zij gedekt met twee gouden serafijnen, een soort engelenbeelden nemen we dan aan. Die kist mag je niet aanraken, die mag je niet vervuilen. Die kist is Heilig.

Nu is het woord Heilig al een paar keer gevallen en juist in dit verband van de vorming van het hart van het volk is het van belang om dat woord eens nader te verklaren. Het volk Israël wordt in kerken immers ook wel een heilig volk genoemd en de Rooms Katholieke kerk kent een heel groot aantal heiligen. Regelmatig verklaard de Paus van de Rooms Katholieke kerk weer een paar mensen Heilig. Dat Heilige begint in de Bijbel bij de ark van het verbond. Dat verbond tussen het volk Israël en de God van Israël is een Heilig verbond. Ooit had de mens zelf God willen worden. Daardoor was de band tussen God en de mensen verbroken. God is God, ongeschapen zonder begin en zonder einde en de mens is mens, geschapen door God en daardoor alleen al eindig. God had die mens niet geschapen om zich er verder niet mee te bemoeien, God had de mens geschapen omdat hij de mens lief had. Om de band weer te herstellen was God met het volk Israël een verbond aangegaan. In dat verbond werd God weer God en de mens weer mens. Maar de mens werd niet zomaar mens. Het werd een mens zoals God de mens had gewild. En steeds weer als de mens graag God zou willen worden zou nu dat verbond spreken en van de samenleving van mensen weer een goddelijke, een heilige samenleving, maken. Wij mensen willen zelf graag uitmaken wat goed en wat kwaad is. Het verbond met God noemt ons het goede en met meer hoeven we het niet te doen. Dat verbond zou het hart moeten zijn van de hele wereldbevolking. Dat begon in een lege woestijn, met een volk dat van God indruk mocht maken. Zo veel indruk dat we vandaag er nog steeds naar mogen kijken, dan weten we wat goed is en daarmee is het kwade te verdrijven. Ook vandaag.

 

Plaats een reactie