De volken zullen in haar licht leven

Openbaring 21:22-27

De droom van de stad van gerechtigheid heeft sinds de schrijver van Patmos de mensen altijd bezig gehouden. Vaak zijn de mensen afgegaan op alle vreselijke dingen die in het boek Openbaring te vinden zijn. Daarbij wordt vergeten, of verzwegen, dat die vreselijke dingen al sinds de dagen van de gevangene van Patmos tot op onze dagen in de wereld te vinden zijn. Of het nu de vervolging van Christenen onder Romeinse Keizers, de kerstening van Germaanse en Friese stammen onder Karel de Grote, de strijd tegen de Islam tijdens de kruistochten, de verovering van IndiĆ« tijdens de VOC, de slavernij en de Apartheid, de holocaust in de vorige eeuw, de strijd en de verkrachtingen rond Darfur zijn. De opsomming kan maar een zeer klein deel van al het leed en de ellende bevatten die de volken overkomen zijn en die je terug kan vinden in de gruwelijke beelden die beschreven staan in het boek Openbaring. Iedereen die kennis neemt van de ervaringen van de lijdenden krijgt dezelfde soort nachtmerries die de schrijver van het boek Openbaringen had. Maar ieder die er kennis van neemt moet ook delen in de droom van die gevangene, in de hoop van al die lijdenden in de wereld. De droom dat er een stad komt waar de God van de Liefde zelf woont en waar alle volken hun gerechtigheid aan zullen ontlenen. Waar iedereen vrij naar toe kan behalve diegenen die zich met gruwelijke dingen en leugens inlaat. Daar gaat het om de keus voor het leven en tegen de dood. De maat waarmee de mensen gemeten zullen worden is er nu al. Wordt gerechtigheid gedaan aan de minsten op deze aarde, vinden we een antwoord op de stijgende voedselprijzen, zijn we bereid verspilling en verkwisting op te geven zodat de armsten in de wereld te eten hebben? Als een keer de Liefde zelf regeert op aarde, niet de eigenliefde maar de liefde voor de mensen en voor het leven, dan is de Wet niet meer nodig. Dan spreekt het vanzelf dat ieder de naaste liefheeft als zichzelf. Dan is er geen duisternis meer waar je doorheen moet en waar je de steun nodig hebt van iemand die met je meegaat. Juist vanuit lijden en onderdrukking wordt duidelijk hoe hard we moeten werken aan zo’n wereld. Daarom zijn er mensen die onophoudelijk roepen dat we niet genoeg doen en dat we misschien te laat zijn. Er zijn nog mensen die zwelgen in eigen gelijk, die winst en profijt voor zichzelf belangrijker vinden dan delen met de minsten, ze verafschuwen de hulp die aan de minsten wordt gegeven. Ze beschimpen en belasteren iedereen die opkomt voor de hongerigen in de wereld. Maar daarmee laten ze zichzelf zien zoals ze zijn. De duistere figuren waarmee afgerekend dient te worden. Zij komen de stad niet in, tenzij ze zich bekeren en laten leiden door de Liefde. Laten wij het voorbeeld zijn.

Plaats een reactie