Want ze berokkenen zichzelf kwaad.

Jesaja 3:8-15

Als ze alleen zichzelf kwaad zouden berokkenen zou het misschien niet zo erg zijn. Maar de samenlevingen die zich van de “Heer” hebben afgekeerd en hun eigen weg zijn gaan volgen lopen bij het rechtsgeding dat tegen hen wordt gevoerd aan tegen de beschuldiging dat ze de armen zwaar mishandelen. De aanklachten die Jesaja beschrijft betreffen misschien andere misdrijven maar zouden ook vandaag de dag geuit kunnen worden. Rijke landen hebben namelijk nog steeds geen zin om werkelijk iets aan de klimaatveranderingen te doen terwijl de armsten de eerste en de zwaarste slachtoffers zijn. Kennelijk tellen ook bij klimaatconferenties alleen de eigen belangen. Pas wie ziet hoeveel opkomende economiën als India en China bijdragen tot onze eigen welvaart snapt misschien dat zorg voor de armen in de wereld, zorg voor eerlijk delen, ook zorg voor onszelf is. Alleen moeten we de zorg voor anderen doen zonder op ons eigen belang te letten. Klachten over werkgelegenheid die verdwijnt zijn dan ook niet echt terecht. Met de verdwijnende werkgelegenheid ontstaan ook markten voor onze producten.We moeten dus altijd bereid zijn te delen met de armsten. In de tijd van Jesaja werd tegen de machtigen geroepen dat ze de wijngaard in de brand hadden gestoken en hun huizen hadden gevuld met wat ze de armen ontnomen hebben. Wij doen niet anders door onze buitengrenzen te beschermen tegen de invoer van industriële produkten uit het buitenland om zelf de grondstoffen uit datzelfde buitenland te kunnen blijven bewerken. “De onrechtvaardige tolmuren” heet dat. Nu weigeren we technologie ter beschikking te stellen die arme landen in de gelegenheid zou kunnen stellen een duurzame ontwikkeling mogelijk te maken. Verspilling is makkelijk, maar gaat meer en meer geld kosten, duurzaam ontwikkelen is moeilijker maar goedkoper. Als we blijven weigeren zelf op te houden met verspillen en daardoor de prijzen van energie kunstmatig hoog houden en tegelijkertijd weigeren om duurzame technologie om niet beschikbaar te stellen aan arme landen dan storten we willens en weten de armen in het verderf. We zien de voorbeelden in die delen van Afrika waar nu al gevochten wordt om de macht om schaarse grondstoffen. De oorlog in de Congo wordt voor een groot deel gevochten vanwege de winst op mineralen die nodig zijn om onze mobiele telefoons te maken. Het valt te hopen dat er nog zoveel volgelingen van de Wet van de Liefde en eerlijk delen op de wereld zijn dat er voldoende mensen tegen de machtigen en weigerachtige regeringen te hoop lopen dat ze op andere gedachten gebracht kunnen worden.

 

Plaats een reactie