Sion zal verlost worden door recht

Jesaja 1:21-31

Dat “verlossen” heeft een wat keurige christelijke bijklank en die behoort het eigenlijk niet te hebben. Zeker niet in het verband waarin het opschreven is in het gedeelte dat we vandaag uit het boek van de profeet Jesaja lezen. Het gaat namelijk om een konkreet koninkrijk met een konkrete hoofdstad, een koning en vijanden die het belegeren. Al die vreemde bondgenootschapjes, al die vreemde goden en rituelen hebben het volk en vooral de koning maar afgekeerd van de werkelijke steun die het zou kunnen hebben, de steun van de God van Israël. De stad Jeruzalem, de heilige stad, de stad van de Tempel, is een hoer geworden, ze levert zich uit aan Jan en alleman, aan alle goden en godjes die men er maar binnen wil dragen. Recht en gerechtigheid zijn verdwenen, er worden zelfs mensenoffers gebracht. Alle glans is van de stad verdwenen.

De regering laat ook die verloedering zien. In onze dagen zouden we zeggen dat ze meer uit zijn op bonussen dan op eerlijk delen, de tophypotheken van de allerrijksten moeten onaangetast blijven terwijl de armen kunnen verrekken, de hongerenden in de wereld worden afhankelijk van aalmoezen en wie geen werk kan vinden kan kreperen in de straten van de grote stad. In de Bijbelse tijd kon je datzelfde zien aan het lot van de wezen en de weduwen. De ellende die in zo’n toestand over het volk komt, ook over de onschuldigste kinderen is daarom niet de schuld van de God van Israël maar de verantwoordelijkheid van de vijanden van de God van Israël, de hebzuchtigen en de uitbuiters, de machtigen die weigeren te delen met hen die het nodig hebben.

Maar het blijft niet zo. Rechters en raadgevers komen tot inkeer. Wie objectief naar een dergelijke samenleving kijkt ziet dat het hebben als grondmotief geen stand kan houden, de ene hebzuchtige roeit de andere uit. Gerechtigheid en trouw zijn de enige waarden die blijvend kunnen zijn in een samenleving. Ook bij tegenspoed moet je daar op kunnen bouwen en op de gerechtigheid en de trouw van de God van Israël is altijd te bouwen. Dan wordt Sion weer het Sion zoals het bedoeld is, de draagster van de Tempel waar de Wet van heb uw naaste lief alszelf wordt bewaard, gevierd en geleefd. Je zult je wel schamen voor de hebzucht en het aanbidden van winst en profijt, in Bijbelse dagen de boomstammen van de terebinten, in onze dagen de glanzende kantoren en de forse winstpremies ook al werd er verlies geleden. Die schatten zijn voorbij maar die schatten zijn ook vergankelijk. Elke dag mogen we weer opnieuw beginnen met de Weg van de God van Israël, bevrijd, de eigenlijke betekenis van verlost, van hebzucht en uitbuiting, geleid door een oneindige liefde voor de medemens. Dat mag ook vandaag weer.

Plaats een reactie