Alle goden van de aarde doen verschrompelen.

Sefanja 2:4-15

Toen Israël en Juda overlopen waren door de Assyriërs en een groot deel van het volk in ballingschap werd weggevoerd klonken er vreugdekregen uit de omringende volken. Geen groter vermaak dan leedvermaak nietwaar. De profeet Sefanja waarschuwt die omringende volken. Juist vanwege dat leedvermaak zullen ze zelf ten ondergaan en hun plaats zal ingenomen worden door het handjevol dat achtergebleven is in Israël en Juda. En die Assyriërs zelf zullen ooit ook overwonnen worden. Het gedeelte van vandaag eindigt met een lied tegen de Assyriërs waarin de hoop op hun nederlaag wordt bezongen. De ontredderde minderheid die had moeten toezien hoe het leger van Juda en Israël werd verslagen, hoe Jeruzalem werd verwoest en de Tempel leeggeroofd en vernietigd, krijgt moed ingesproken van de profeet. We moeten ook zelf oppassen met leedvermaak en wraak. Na de eerste Wereldoorlog werd Duitsland zwaar gestraft voor haar oorlogshandelingen. Zo zwaar dat er een kiem werd gelegd voor de beweging die de Tweede Wereldoorlog kon veroorzaken. Na de Tweede Wereldoorlog kwam er dus een andere benadering en werd ook Duitsland geholpen bij de wederopbouw. Alleen het communistische gedeelte weigerde die opbouw en dat ging na 50 jaar alsnog ten onder aan de armoede. Sefanja liet al eeuwen geleden zien dat je als volken beter anders met elkaar omgaan dan elkaar vernederen. Zo zijn er veel mensen die vandaag vinden dat de hulp aan het volk van Afghanistan bij de opbouw van een veilige en democratische samenleving een christenplicht is. Eenvoudig is dat nooit. De landbouwsamenleving van Sefanja had genoeg aan weilanden en vruchtbare akkers, onze samenleving is zo ingewikkeld geworden dat we meer nodig hebben. We moeten ook niet vergeten dat het bij Sefanja gaat om broedervolken. Moabieten en Ammonieten stamden af van Lot, de broer van Abraham die ontsnapte aan de verwoesting van Sodom en Gomorra.  Nu worden ze bedreigd met een lot dat even erg is. Edom stamde af van Esau en is op veel plaatsen in de Bijbel de natuurlijke tegenstander van Israël, juist omdat het als broedervolk het volk Israël bestrijdt en niet te hulp komt. Met Nubiërs worden hier ook de Egyptenaren bedoeld. Over Egypte heerste een Nubisch koningshuis en Egypte was een vluchtplaats geworden voor Joden die de bezetting ontvlucht waren. Maar een wereldmacht als Egypte was net zo onbetrouwbaar en vijandig als Assyrië. Wie gelooft in de God van Israël moet blijven vertrouwen in het niet geloven in andere goden, in het houden van de Wet van heb Uw naaste lief als Uzelf als maat voor het dagelijks handelen. Gelukkig dat we daar elke dag weer opnieuw mee kunnen en mogen beginnen, ook vandaag weer.

Plaats een reactie