Zo ontsnapte hij aan de dood.

2 Koningen 11:1-16

Zijn er nu in de Bijbel verschillen tussen mannen en vrouwen? De verhalen in de Bijbel spelen zich af in de gewone mensenwereld. In de gewone mensenwereld zijn mannen meestal de baas. Niet omdat dat zo hoort of omdat God dat zo heeft gewild maar omdat mannen de mensen wijs hebben gemaakt dat dat het beste is. Maar alleen mannen vervangen door vrouwen helpt ook niet om een betere wereld te krijgen. In Israël was Izebel een machtige koningin geweest, maar die had aangezet tot het onrecht dat Nabod was aangedaan en ze had een vreemde verderfelijke godsdienst ingevoerd. In Juda had men daarna ook zo’n Koningin. Dat was Koningin Atalja. Toen haar zoon Koning Achazja was gedood door Jehu en daarna ook al haar andere zonen bleef ze achter met een hoop jonge kinderen. Maar in plaats van als regentes de regering op zich te nemen en te wachten tot de oudste zover zou zijn dat die de troon kon overnemen doodde ze alle kinderen om zelf koningin te kunnen worden. Ze had echter een zuster die het kennelijk niet kon aanzien en een zoontje van Achazja verstopte. Ze bracht hem onder in de Tempel in Jeruzalem, waar ze zelf ook ging wonen kennelijk, in de Tempel zat hij zes jaar verborgen. Toen brak het jubeljaar aan. In het zevende jaar immers moet het land rusten, mag niemand werken, moet er gegeten worden van wat er is gespaard en wat het land voortbrengt zonder dat het is bewerkt. In de Bijbel heet dat het Sabbatsjaar. Zo zou de aarde moeten zijn, niemand die een last draagt maar iedereen die er van kan leven. Bevrijd dus van knechtschap, onderdrukking en verslaving aan meer en nog meer. In dat zevende jaar riep de Hogepriester, de priester die het meest moest letten op de uitvoering van heb uw naaste lief als uzelf, de hoofden van de Turkse huursoldaten, de Kariërs, en de koninklijke garde bij zich. Er waren nog wapens in de Tempel aanwezig uit de tijd van Koning David en zo kon er een staatsgreep worden georganiseerd en de jonge Joas tot koning worden uitgeroepen. Atalja werd ter dood gebracht en allen die haar volgden. Wie goed leest ziet dat er niemand was die haar volgde. Ze werd door de Paardenpoort naar het paleis gevoerd en vanouds werd er in de Poort recht gesproken door de oudsten van het volk. Zo zal het ook hier zijn gegaan en een moordenares van kinderen verdient in de Bijbel de dood. Ze heeft er immers zelf voor gekozen. Vanuit de Tempel in de Jeruzalem staat een nieuwe koning op. Het geeft de kans op een nieuw begin voor de samenleving. Opnieuw kan er recht worden gedaan aan de mensen. De wapens van koning David staan weer in dienst van de godsdienst voor de God van Israël. En die God vraagt zijn volk te zorgen voor minsten, de zwaksten. Die God vraagt dat ook aan ons, ook vandaag. Laat ook onze samenleving op die basis worden ingericht. Laten we daar aan werken.

Plaats een reactie