Strijdwagen en ruiterij van Israël.

2 Koningen 2:11-18

Mensen die in het harnas sterven dwingen altijd bewondering af. Tot het laatst toe gaan zij door met hetgeen hen altijd al bezield had. Zo bleef de dichter Simon Vinkenoog dichten tot het bittere eind en liet hij zich ontroeren door zijn liefste plek, de volkstuin waar hij de laatste jaren van zijn leven woonde. Ook Elia bleef strijden voor het Israël zoals God dat had bedoeld. Hij werd, net als Henoch en Mozes ooit en Jezus van Nazareth veel en veel later, opgenomen  in de Hemel. Er was geen graf van hen te vinden waar mensen om hen konden treuren. Nee hun werk voor een samenleving van mensen waar de Wet van God zou gelden , de Wet van Heb-Uw-Naaste-lief-als-Uzelf, moest worden  voortgezet. Het had dan ook geen zin op zoek te gaan naar het graf van de mensen die zich zo hadden ingezet voor de samenleving van en met God. Dat is wat Elisa de andere profeten probeert duidelijk te maken, hij is voortaan bekleed met de mantel van Elia, het symbool van de taak die hij op zich heeft genomen. En net als de opvolger van Mozes, Jozua, had gedaan splijt hij het water van de rivier om doortocht te verlenen aan die nieuwe taak. Bij Jozua trok op die manier de Ark met die Wet van de Woestijn het land binnen dat overvloeide van melk en honing. Elisa gaat dan ook naar Jericho de stad die viel door de strijd die God had bevolen. Door er zeven dagen zeven keer omheen te trekken en de bazuinen te laten schallen, alsof een nieuwe schepping was geboren. Daarom ook vertelt het verhaal over Jezus van Nazareth dat zijn graf leeg gevonden werd. Want waarom zou je de levende bij de doden zoeken? Het werk van Mozes,  de bevrijding van het slavenvolk uit Egypte en de Wet van samen delen en zorgen voor elkaar, leeft tot op de dag van vandaag. Het werk van Élia, die de koningen van zijn tijd onophoudelijk bleef aanspreken op recht en gerechtigheid, leeft ook vandaag de dag nog en het werk van Jezus van Nazareth die de Liefde voor de naaste door de dood heen wist vol te houden heeft zijn invloed op de hele bewoonde wereld tot op de dag van vandaag. Het gaat in de Bijbel niet over de doden die we hebben achtergelaten, het gaan om de levenden met wie we op weg zijn en over het doel waarheen we op weg zijn. Het gaat over die nieuwe aarde en de nieuwe hemel waar alle ongerechtigheid zal zijn verdwenen, waar geen honger meer zal zijn en geen lijden. Waar de dood verdwenen is en de tranen zijn gedroogd. En met recht en gerechtigheid mogen we vandaag beginnen, misschien toch een gevangene van  Guantanamo in ons midden een nieuwe kans bieden. Laten zien dat we dat kunnen zodat jonge mensen uit andere culturen opnieuw het vertrouwen krijgen dat ze met ons kunnen samenleven op deze aarde. Op die manier slaan wij de mantel om van Elia en leven we in de Geest van Jezus van Nazareth.

Plaats een reactie