U hoeft mij niets te geven

Genesis 30:22-43

22  Toen dacht God eindelijk aan Rachel: hij verhoorde haar en opende haar moederschoot. 23  Ze werd zwanger en bracht een zoon ter wereld. ‘God heeft me van mijn schande verlost, ‘zei ze. 24  Ze noemde het kind Jozef en zei: ‘Ik hoop dat de HEER mij er nog een zoon bij geeft.’ 25 ¶  Toen Rachel Jozef ter wereld had gebracht, zei Jakob tegen Laban: ‘Ik zou graag vertrekken: laat mij teruggaan naar het land waar ik vandaan kom. 26  Geef me mijn vrouwen mee, voor wie ik bij u heb gewerkt, en mijn kinderen, en dan ga ik. U weet hoe hard ik al die tijd voor u heb gewerkt.’ 27  Laban antwoordde: ‘Neem me vooral niet kwalijk-ik heb uit verschillende tekenen opgemaakt dat de HEER mij omwille van jou heeft gezegend. 28  Stel het loon maar vast dat je van me wilt, ik geef je wat je vraagt.’ 29  Hierop zei Jakob: ‘U weet hoe hard ik voor u heb gewerkt en hoe het met uw vee is gegaan sinds ik het verzorg. 30  Uit het weinige vee dat u voor mijn komst had, is een enorme kudde gegroeid; de HEER heeft u sinds mijn komst inderdaad gezegend. Maar nu wordt het hoog tijd dat ik voor mijzelf aan de slag ga.’ 31  Laban antwoordde: ‘Zeg maar wat ik je moet geven.’ ‘U hoeft mij niets te geven, ‘zei Jakob, ‘als u tenminste wilt ingaan op het volgende voorstel. Ik zal uw vee blijven weiden en verzorgen. 32  Laat mij vandaag uw hele kudde doorgaan en er alle dieren uit halen die gespikkeld of gevlekt zijn: van de schapen elk zwart dier en van de geiten alles wat gevlekt of gespikkeld is. Dat wil ik als loon. 33  Of ik eerlijk te werk ga zal blijken als u mijn loon komt inspecteren: alle geiten die niet gespikkeld of gevlekt zijn en alle schapen die niet zwart zijn, mag u als gestolen beschouwen.’ 34  ‘Goed, ‘zei Laban, ‘ik neem je voorstel aan.’ 35  Maar nog diezelfde dag zette hij de gestreepte en gevlekte bokken apart en de gespikkelde en gevlekte geiten, alles waaraan maar iets wits te zien was, en alle zwarte schapen, en hij stelde die dieren onder de hoede van zijn zonen. 36  Hij bepaalde dat Jakob drie dagreizen bij hem vandaan moest blijven. Het vee dat overgebleven was, mocht Jakob weiden. 37 ¶  Jakob brak jonge takken van populieren, amandelbomen en platanen en schilde ze zo dat het wit van de takken in strepen bloot kwam. 38  Die afgeschilde takken legde hij in de drinkbakken. Wanneer de geiten kwamen drinken, werden de wijfjes, die tegenover de bokken stonden, namelijk bronstig. 39  Als ze bij de takken besprongen werden, wierpen ze gestreepte, gespikkelde en gevlekte jongen. 40  De schapen zette Jakob apart en hij zorgde ervoor dat hun koppen bij het paren gericht waren naar de dieren van Laban die gestreept of zwart waren. Zo vormde hij zijn eigen kudden, die hij gescheiden hield van Labans vee. 41  Steeds als de sterke geiten bronstig werden, legde Jakob de takken vlak voor hun ogen in de drinkbak, zodat ze bij de takken besprongen zouden worden. 42  Maar was het zwak vee, dan gebruikte hij de takken niet. Zo kreeg Laban de zwakke dieren en Jakob de sterke. 43  Jakobs bezit werd groter en groter: hij kreeg niet alleen veel schapen en geiten, maar ook slaven en slavinnen, kamelen en ezels. (NBV)

We denken zo vaak dat we de verhalen rond Jacob wel kennen. Vroeger werden ze met graagte verteld in de Christelijke scholen en op de zondagscholen. Daarvandaan zijn er ook spreekwoorden en gezegden in onze taal beland. We weten natuurlijk van de truc van Jacob met de schapen, steeds weet hij een manier te vinden om uit de tevoren gemaakte afspraken het meeste voordeel te behalen. Dat lijkt dan slim met een wat negatieve bijklank. Maar is dat ook terecht. Eigende Jacob zich iets toe dat hem niet toekwam? In dit eerste stuk over de truc met de schapen staat al een deel van het antwoord. Jacob had twee maal zeven jaren voor Laban gewerkt en volgens afspraak daarmee de bruidsschat voor de twee dochters van Laban afbetaald. Laban was er echter onverwacht rijk door geworden en wil nu aan het eind van de rit Jacob daarvoor belonen. Jacob is het echter die zich strikt aan de afspraak houdt. Dat Laban rijker is geworden van de afspraak dan vooraf verwacht was is bijzaak. Jacob had gekregen wat hem toekwam en wil nu werken voor de verdere beloning.

Daar is dus niks slinks aan, een eerlijke zaak is hetgeen Jacob op tafel legt, en of Laban daar op dezelfde eerlijke manier in mee zal gaan valt maar af te wachten.
In onze  moderne tijd zullen we met enige verbazing de verhalen over Jacob en Laban lezen. Waarom spreekt Jacob geen redelijk uurloon af met Laban en houdt hij hem daar aan? Met een eerlijk uurloon valt toch niet te sjoemelen? Dat laatste is natuurlijk niet waar. Een eerlijk uurloon leent zich uitstekend om daar geld op in te houden voor de kosten die de werkgever moet maken. Kosten voor huisvesting, voeding, medische verzorging, entertainment, regenbescherming, vervoer, contact met thuis en bescherming. De meeste lezers zullen dit rijtje toch wel heel overdreven vinden maar  onze buitenlandse seizoenswerkers kunnen de rij gemakkelijk nog wel even aanvullen. Een uiterst gering bedrag blijft over. Laban doet dus eigenlijk niet veel anders dan het aantal werkgevers in ons land dat hun buitenlandse werknemers graag uitbuit en de oogst voor bijna niks  laat binnenhalen. Ook Laban manipuleert met het loon dat in zijn dagen gebruikelijk was.

Vee functioneerde in de dagen van Jacob en Laben namelijk net als bij ons geld, je kon er bijna alles voor kopen, ook die slaven en slavinnen. Ook de kamelen en ezels die apart worden genoemd en die buiten het loon vallen dat Laban en Jacob hadden afgesproken. Het noemen van dit bezit drukt uit dat Jacob veel rijker wordt dan alleen uit de schapen en geiten kan worden afgeleid. In de kerken wordt het verhaal over de gespikkelde geiten en zwarte schapen nog als een buitennatuurlijk wonder beschouwd. Daar komt men niet verder dan de kennis die ook al bij Laban bestond. Het zou eeuwen duren voordat de Oostenrijkse monnik Mendel natuurwetten zou formuleren die voorspellen dat  Jacob zeker gespikkelde geiten en zwarte schapen zou vinden ook al had Laban alleen witte schapen en zwarte geiten ter beschikking gesteld. Leuker is te kijken naar de kleuren in het verhaal. Laban betekent witte. En wit is de kleur die Jacob gebruikt om van zijn oom het loon te krijgen dat die hem niet gunde. Het is al net als met Jacob en Esau, toen speelde Jacob met het  rode dat Esau zou graag wilde hebben. Hebzucht en manipulatie maken je dus op den duur niet rijk maar zijn eerder een valkuil waar eerlijke mensen beter van worden.

Plaats een reactie