Mijn liefde roept vijandschap op

Psalm 109

Lieve mensen zijn het die Christenen. Hun naam zegt het al, Christus betekent immers gezalfde en zalfjes zijn het. Schelden doen ze niet, zelfs niet op mensen die hen vervolgen. Ze nemen een voorbeeld aan Jezus van Nazareth die aan het kruis hangend nog aan zijn Vader vroeg om het de beulen niet kwalijk te nemen omdat ze niet zouden weten waar ze mee bezig waren. De Psalm die we vandaag met de Kerk meezingen laat een heel ander geluid horen. Het begint met vast te stellen dat er leugens worden verspreid. Hardnekkige leugens, roddel en achterklap waar je je slecht tegen kunt verweren. Het is een gevaar voor de psalmdichter, hij lijdt er onder. Ook die psalmdichter bidt voor zijn vijanden, maar dat maakt die vijanden alleen maar kwaadaardiger. Stank voor dank krijgt hij, er wordt goed met kwaad vergolden. God zou moeten ingrijpen. Laat ze zelf eens ervaren wat een gewetenloos man hen zou kunnen aandoen.

Het is dus niet zo dat die lieve Christenen niet kwaad te krijgen zijn. Ze weten best wat hun vijanden zou moeten overkomen, hoe hen een lesje te leren is. Ze hebben dat geleerd van onder meer deze psalm. Dood kun je die vijanden wensen, dat zijn kinderen bedelend rondzwarven en zijn vrouw als weduwe wordt achtergelaten. Een tirade als we hier in deze psalm lezen heeft toch niets te maken met de vergevingsgezindheid die Jezus van Nazareth zijn volgelingen liet zien toen hij aan het kruis hing? Toch wel. Heel het volk liep achter Jezus van Nazareth aan. Zijn arrestatie dreigde al uit te lopen op een bloedbad, maar hij beval zijn volgelingen hun zwaarden op te bergen. Dat hij, als Koning der Joden, aan een Romeins kruis werd gehangen had ook een opstand kunnen veroorzaken, maar zijn gebed voor zijn beulen zette zijn volgelingen op een ander spoor. Het gevolg was geen opstand maar vrede.

Die opstand kwam veel later en leidde tot uitroeing van de opstandelingen, verwoesting van de Tempel en verspreiding van het Joodse volk over het Romeinse Rijk. De Weg van Jezus van Nazareth had dat kunnen voorkomen. De psalm die we vandaag lezen leert ons dat wraakgedachten ook gelovigen niet vreemd zijn. Ja de gevoelens van woede en wraak worden hier zo verwoord dat ze ons als gevoelens ook zijn toegestaan. Maar die wraakgevoelens zijn zelf ook het kwaad en daar kom je als mens niet zomaar los van. Je wilt immers niet worden zoals de gewetenloze die de wraak voor je zou moeten nemen? Je wilt juist bevrijd worden van het kwade en overspoeld door het goede en niet dan het goede. Daar is de God van Israël voor nodig. Een God die zijn volk heeft voorgehouden dat ze niet moeten doden, dat de wraak aan hem is en niet aan de mensen. Wij willen daar vaak niet aan, wij laten ons vaak leiden door de gevoelens van wraak. Wat ons is aangedaan is dan zo erg dat alleen wraak op zijn plaats is. Dat we het kwade moeten overwinnen door het goede ontgaat ons. Deze psalm zet ons weer op het spoor, we zijn verzwakt en arm geworden door het kwade, de God van Israël maakt ons rijker, want liefde is een rijk gevoel. Daarom mogen we elke dag opnieuw onze wraakgevoelens laten varen en opstaan om het goede te doen, uit liefde, ook vandaag weer.

Plaats een reactie