Niemand is nog rechtschapen.

Micha  7:1-7

Het is misschien bij ons nog niet zo slecht als de maatschappelijke situatie die Micha ons schetst maar er zijn toch een paar herkenbare aanknopingspunten. Ons rechtssysteem streeft naar onafhankelijkheid en objectiviteit maar er is ook kritiek mogelijk. De ambsberichten van Buitenlandse Zaken die gebruikt worden in vreemdelingenzaken deugen veelal totaal niet maar worden door de meeste rechters zonder tegenspraak voor waar aangenomen. Niemand die ze verder mag controleren. Ook de advocaten van vreemdelingen en de vreemdelingen zelf krijgen die berichten niet te zien. Dat politici maar zeggen wat ze uitkomt is van alle tijden, maar op onderzoeken in belangrijke zaken door justitie is vaak te veel kritiek mogelijk, denk maar aan de Schiedamse Parkmoord waarvoor een onschuldige man tot levenslang werd veroordeeld en jarenlang in het gevang zat. Er is niet voor niets een speciale commissie om nog eens naar zaken te kijken waar misschien wel fouten zouden kunnen zijn gemaakt. Dat je voorzichtig moet zijn bij het kiezen van een partner is sinds de Aids epidemie luid verkondigd, maar gelet op de stijging van het aantal Hiv besmettingen kan het kennelijk niet vaak genoeg gezegd worden. Ook de kloof tussen generaties is van alle tijden. Voor sommigen zal het een troost zijn dat ook Micha eeuwen geleden al merkte dat een zoon tegen zijn vader en een dochter tegen haar moeder opstaat. Dat conflict aangaan heeft dus nu even weinig zin als het had in de dagen van Micha. De vraag is wat je kan doen tegen alle ellende die Micha schetst. In het laatste vers dat we vandaag lezen komt het antwoord op die vraag. Micha noemt het een blijvend vertrouwen op de Heer en we weten inmiddels dat vertrouwen in de Heer betekent dat we ons moeten laten leiden door de liefde. Alleen een onvoorwaardelijke liefde voor onze naasten brengt ons uiteindelijk een samenleving van recht en vrede. Liefde voor de jeugd maakt dat we luisteren naar hun kritiek en hun angsten en die serieus weten te nemen, liefde voor een partner maakt dat we ons samen laten testen en eerlijk zijn over de risico’s die we samen kunnen lopen, liefde voor slachtoffers maakt dat we blijven vragen om een zorgvuldige justitie en een heldere onpartijdige rechtspraak. Dat soort liefde is niet uit eigenbelang maar je weet zeker dat je gehoord wordt, zoals Micha het zeker wist en het daarom niet hard genoeg kon zeggen. Kritiek op je eigen handelen serieus nemen is niet altijd gemakkelijk. We bedoelen het immers zo goed, we streven immers altijd naar het goede, we nemen ingrijpende beslissingen toch niet zo maar. Dat geldt zeker voor gestudeerde en ervaren rechters die bovendien de beslissingen niet alleen nemen maar altijd na uitgebreid overleg met een aantal rechters. Toch maken ze fouten. Alleen het al het weten van die fouten moet ons voorzichtig maken en voortdurend op zoek naar kritiek. Doen wij de mensen om ons heen wel recht? Doen we de jongeren voor wie we verantwoordelijkheid dragen wel recht, doen we recht aan onze geliefden, doen we recht aan de slachtoffers van onrecht en uitbuiting? Het is maar goed dat we bij elke fout die we maken opnieuw mogen beginnen met het goede te doen en niet dan het goede.Het is maar goed dat we dat elke dag opnieuw kunnen doen, ook vandaag weer.

Plaats een reactie