Hij verwachtte recht, maar oogstte onrecht

Jesaja 5:1-7

Het beroemde lied van de wijngaard van Jesaja. Dat luidt de periode in die wij advent noemen. De periode waarin de Kerk verwacht dat de bevrijder van Israël zal komen. Die komst vieren we met Kerst, maar die komst verwachten we eigenlijk nog steeds. Wat die komst zal betekenen voor de wereld weten we sinds de komst van Jezus van Nazareth. Omdat we sinds hem ook weten dat die wereld van recht en gerechtigheid ook werkelijk kan komen, dat wij recht kunnen betrachten en gerechtigheid kunnen verspreiden. Niet dat we dat uit onszelf kunnen. Zelfs in een land overvloeiende van melk en honing wisten de mensen dat niet vol te houden. Zo’n land is bedoeld om te delen. Zo’n land is bedoeld om de armen recht te doen, de zwaksten in de samenleving, de weduwe en de wees. In zo’n land kun je een samenleving opbouwen waar ook de vreemdelingen die met je meewerken een volwaardige plaats hebben en zelfs mee kunnen eten bij de heilige maaltijden ter ere van de God die je dat land heeft gegeven. Maar het volk Israël wist dat land geen vrucht te laten dragen. Dat delen gebeurde niet en de armen werden verwaarloosd en de vreemdelingen gediscrimineerd. Geen enkele reden voor andere volken om het voorbeeld van Israël na de volgen en zich te wenden tot Jeruzalem om de God van Israël na te volgen en met hem een verbond aan te gaan. Ook in onze dagen lukt het niet om als mensen een voorbeeld te stellen dat navolging verdient. Daarom zijn de waarden en normen van recht en gerechtigheid, de Bijbelse waarden en normen, niet de waarden en normen van het verleden maar van de toekomst. Daar moet het heen, daar had het altijd al heengemoeten, maar mensen die zeggen er in te geloven maar het niet doen kijken dan altijd liever naar het verleden. Het zijn prachtige verhalen maar niet haalbaar in onze wereld. Het Evangelisch Radikalisme klinkt wel mooi maar is luchtfietserij, zoiets als die engelen die door het luchtruim zwevend zingen van vrede op aarde en in mensen een welbehagen. Daarom lezen we deze hoofdstukken uit het boek van de profeet Jesaja in de tijd van de advent. We mogen immers door Kerst weten dat het zal gebeuren, dat het kan, dat het geen luchtfietserij is of dagdromen zijn maar dat het de harde realiteit is van de toekomst van deze wereld. Willen we daar bij horen of lopen we daarvoor weg, dat is de vraag. Doen we mee met de mode van vandaag, de mode van ieder voor zich, of blijven we streven naar een samenleving van samen, die vruchtbaar is voor de hele bewoonde wereld. De waarschuwingen die Jesaja namens de God van Israël doorgeeft zijn ook waarschuwingen voor ons. Dat wij onze gepensioneerden laten lijden onder de diefstal door corrupte bankeigenaren, dat wij de wajongers en de wsw’ers laten betalen voor aan de woonlasten voor de mensen met de hoogste inkomens in ons land, dat wij de armen in Afrika in hun eigen sop gaar laten koken in plaats van te investeren in hun mogelijkheden voor zichzelf te zorgen en zich aan te sluiten bij een eerlijke wereldhandel. Wij zullen het anders moeten aanpakken. Gelukkig dat we daar elke dag weer opnieuw aan mogen werken, ook vandaag weer.

Plaats een reactie