De goden zijn in mensengedaante

Handelingen 14:8-20

Dat verblijf in Lystra liep nog maar net goed af voor Paulus. We maken graag afgoden van mensen die we groot en machtig vinden. Of het nu artiesten zijn, filmsterren, politici, pausen en weldoeners, mannen en vrouwen, als ze opvallen dan lopen we er graag achteraan. Er is zelfs een bonte verzameling weekbladen die niet anders doen dan berichten over het wel en wee van onze afgoden, vooral het wee overigens. In al die eeuwen sinds het optreden van Paulus en Barnabas is er nog steeds niks veranderd. Nu hadden zij een arme bedelaar bevrijd van zijn armzalig bestaan door hem te laten opstaan en in beweging te zetten. Mensen vinden dat een wonder, terwijl het toch de bestemming van mensen is om zelf een bijdrage te leveren aan de samenleving in plaats van afhankelijk te blijven van de aalmoezen van anderen. Ook in onze dagen is het onze plicht er voor te zorgen dat mensen mee kunnen blijven doen als ze dreigen aan de kant te komen zitten. Daar moeten wij onze politici op aanspreken. In de samenleving waar Paulus en Barnabas optreden is dat zeer ver buiten de orde van alle dag. Nu waren er in de mythen over de goden van Grieken en Romeinen allerlei verhalen over goden die in de gedaante van mensen of dieren zich tussen de stervelingen hadden begeven om zich daar te vermaken of stervelingen op de proef te stellen. De daad van Paulus en Barnabas werd als goddelijk gezien en zo werden zij tot goden bestempeld. Barnabas werd de oppergod Zeus en Paulus zijn boodschapper Hermes. De priester van Zeus maakte de gebruikelijke offers al klaar, stieren met bloemenkransen getooid. Maar Barnabas en Paulus waren van een volk dat geen andere goden wilde nalopen, laat staan mensen die zich als goden voordeden. Hun optreden was dus kennelijk buiten elke orde van hun eigen godsdienst geweest, daarom werden de kleren gescheurd als waren ze in rouw. Het gaf het wel de kans om te vertellen over de God van Israël, de God die de zon laat opgaan en het laat regenen voor gelovigen en ongelovigen gelijk. Juist in dat geloof ligt de bevrijding van het veelgodendom. Regen en droogte, het weerkeren van de seizoenen, de vruchtbaarheid van het veld en het vee hoeven niet verkregen te worden door offers aan goden, door handelingen in Tempels, door aanbidding en overgave, maar wordt aan alle volken om niet gegeven uit de goedheid van de God van Israël. Die God is zelfs goed als je niet in die God gelooft, maar zorg nooit dat je je uitgeeft voor ook een god. Al dat aanbidden van Goden zoals ook bij ons gebeurd, al dat nalopen van die schijnfiguren uit weekbladen en tv programma;s is lucht en leegte, nutteloos en zonder inhoud. Bevrijding daarvan en het gaan letten op verlamde mensen, mensen die langs de kant zijn komen te staan, die het niet meer zien zitten, de armen en de hongerigen zou ook in de dagen van Paulus tot onrust en revolutie geleid hebben. Uit de steden die daarmee al ervaring hadden kwamen ze dan ook om Paulus en Barnabas te stenigen. Toch waren er, ondanks al die onrust en teleurstelling, ondanks al die tegenwerking, ook in Lystra leerlingen die Paulus uiteindelijk weer op de been hielpen en zorgden dat hij kon doorreizen naar Derbe. Voor ons moet dat hoop geven en moed om door te gaan. Ook in onze dagen is er roddel en achterklap, worden mensen zwart gemaakt die de armen willen helpen, maar ook in onze dagen zijn er velen die zich inzetten voor die betere wereld die ons beloofd is en samen kunnen we ook vandaag weer verder op weg naar die wereld.

Plaats een reactie